Topstories

(advertentie)

Hydrokweken wordt door de meeste kwekers als een methode voor gevorderden gezien, omdat planten daarbij volledig afhankelijk zijn van de kweker. Toch is DWC hydrokweken ook weer geen raketwetenschap, en als je de essentiële factoren op de juiste waarden weet te houden zorgt dat voor de mooiste planten en opbrengst. We geven je daarom vijf onmisbare kweektips voor je DWC hydrosysteem. 

Voor een beginnende kweker kan hydrokweken intimiderend overkomen. Je planten zijn immers voor alles van jou als kweker afhankelijk, en je moet alles in de gaten en op het juiste peil houden. Aan de andere kant zorgt DWC hydrokweken voor de mooiste wietplanten en de grootste oogsten. Als je de belangrijkste factoren eenmaal onder controle hebt hebben je planten het geweldig, en vraagt een hydrokweek eigenlijk maar weinig aandacht.

Vijf tips voor DWC hydrokwekers

Vooral DWC hydrokweken is populair onder cannabis thuiskwekers. De letters DWC staan voor Deep Water Culture en slaan op het feit dat de wortels bij deze manier van kweken rechtstreeks in het voedingswater groeien. We geven je de vijf belangrijkste kweektips voor deze manier van hydrokweken. Als je ze allemaal onder controle hebt, zal je kweek op water zeker een succes zijn!

Tip #1: De pH- en EC-waarde onder controle

Nog meer dan bij een kweek op aarde zijn de zuurtegraad en de hoeveelheid voedingsstoffen rond de wortels van het grootste belang. Wanneer het voedingswater in het systeem namelijk te zuur (onder pH-waarde 5,0) of te basisch (boven pH-waarde 7,0) wordt, dan kan je plant geen voeding opnemen en is alle voeding die je geeft feitelijk nutteloos. De beste pH-waarde van het voedingswater bij een DWC kweek is 5,8 maar wietplanten groeien ook goed tussen een pH-waarde van 5,5 tot 6,2.

Het is jouw taak om de pH-waarde binnen dat bereik te houden. Dat doe je door eerst water en voeding te mengen, en pas een dag later de pH-waarde af te stellen met pH-min (of pH-plus). Vervolgens moet je de zuurtegraad dagelijks meten en zonodig bijstellen. Vaak kan dit door alleen het water aan te vullen maar soms moet je wat pH-min (of zelden pH-plus) gebruiken.

De EC-waarde geeft de hoeveelheid voeding in een DWC systeem aan. EC staat voor Electric Conductivity oftewel de geleidbaarheid van het voedingswater. Hoe hoger het getal, hoe beter het water geleid dus hoe meer mineralen erin opgelost zijn. Een groot voordeel van een DWC-systeem is dat je via de EC-waarde met je plant kunt communiceren over de hoeveelheid voeding die ze nodig heeft. Als je de EC-waarde dagelijks meet, dan kun je daaraan zien of ze meer of minder voeding nodig heeft. Dat doe je als volgt.

Ververs het voedingswater en noteer de EC-waarde. Als de EC-waarde de volgende dag nog hetzelfde is, dan heeft je plant verhoudingsgewijs evenveel water als voeding opgenomen en is de EC-waarde perfect. Is de EC-waarde gedaald, dan heeft je plant verhoudingsgewijs meer voeding dan water opgenomen en was de EC-waarde van een dag eerder te laag. Is de EC-waarde gestegen, dan heeft je plant naar verhouding meer water dan voeding opgenomen en was de oorspronkelijke EC-waarde dus te hoog.

Tip #2: Lekker veel zuurstof

De hoeveelheid opgeloste zuurstof in het voedingswater in een DWC systeem is uitermate belangrijk. De manier waarop je zuurstof in het water krijgt is door middel van een luchtpomp en een bruissteen in het water. Hierbij is niet de bruissteen maar de capaciteit van de luchtpomp van het grootste belang. Een handige vuistregel is dat het hele wateroppervlak in je DWC emmer zou moeten bruisen van de bubbels.

Als het om zuurstof gaat in DWC systemen geldt hoe meer hoe beter. Dit komt omdat zuurstof de beste verdediging is tegen wortelrot, en voor een goede opname van water en voeding zorgt. Veel zuurstof stimuleert ook de aanmaak van haarwortels waarmee wietplanten water opnemen.

Tip #3: Barrière van lucht

Bij iedere DWC opstelling groeit de plant in een netpotje met kleikorrels dat boven het wateroppervlak hangt. De wortels groeien dan uit het potje in het water. Het is echter belangrijk dat het netpotje niet direct in het water hangt, maar dat er een ruimte van 1 tot 3 centimeter is, tussen de onderkant van het potje en het wateroppervlak. Deze barrière van lucht stimuleert een gezonde wortelgroei maar houdt vooral wortelrot tegen. Naarmate de wietplant groter wordt, mag ook de barrière van lucht wat groter. Dit stimuleert korte wortels om verder omlaag te groeien en voorkomt dat de kleikorrels in het netpotje te nat worden.

Tip #4: De juiste watertemperatuur

De watertemperatuur is bij DWC hydrokweken cruciaal omdat het bepaalt hoeveel zuurstof het water kan vasthouden. De ideale watertemperatuur ligt op 21 graden. Warmer water stimuleert weliswaar de groei, maar zorgt ook voor een gebrek aan zuurstof in het water, en daarmee een hoger risico op wortelrot. Wordt het water kouder dan 19 graden, dan remt dit de groei.

Het water is het gemakkelijkst op 21 graden te houden met een waterkoeler of aquariumkoeler. Zonder koeler is het lastig om de juiste watertemperatuur in te stellen. Probeer het water dan vooral onder de 21 graden te houden om wortelrot tegen te gaan. Dit doe je het beste door de omgevingstemperatuur koel te houden. Als je die onder de 21 graden weet te houden dan zal het water ook niet warmer dan 21 graden worden.

Tip #5: Nuttige bacteriën

Ook in DWC hydrosystemen maken nuttige bacteriën een groot verschil tegen wortelrot. Als je geen koeler voor je watertemperatuur gebruikt, dan zijn nuttige bacteriën zelfs cruciaal. Ze beschermen je wortels tegen wortelrot, ook als de watertemperatuur per ongeluk een keer de 23 graden aantikt. Trikologic S van Terra Aquatica zijn nuttige bacteriën speciaal voor hydrosystemen. Bij jonge planten in DWC systemen hebben deze bacteriën echter nog geen wortels om zich aan te hechten. Je kunt ze dan toevoegen aan de netpotjes zodat ze met de wortels van je wietplanten meegroeien.

(advertentie)