(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Laten we er maar eens een cliché ingooien want die zijn doorgaans zo waar als een koe: voorkomen is beter dan genezen. Dit gaat dubbel en dwars voor ongedierte op. Kweekruimtes binnen zijn namelijk afgesloten van de buitenwereld, waardoor ongedierte er geen natuurlijke vijand heeft. Extra belangrijk dus om ze niet binnen te laten!

Wietplanten binnen zijn extra kwetsbaar voor ongedierte omdat die daar geen natuurlijke vijanden hebben. Een paar insecten kunnen daardoor snel tot een plaag uitgroeien. En dat wil je natuurlijk niet want dan zul je ze moeten bestrijden. Bestrijding met pesticiden is slecht voor je gezondheid en natuurlijke middeltjes werken vaak niet 100%. Voorkomen dus! Hier zijn 9 tips voor binnenkwekers tegen ongedierte.

Manier 1: gebruik een inlaatfilter

Omdat ongedierte in een kweekruimte binnen geen natuurlijke vijand heeft, kunnen een paar insecten daar snel een plaag worden. Het positieve daaraan, is dat je een kweekruimte binnenshuis ook enigszins voor insecten kunt afsluiten. Doe dat dan ook en gebruik naast je koolstoffilter op de luchtuitgang, ook een filter voor je luchtinlaat.

HEPA filters zijn het best en houden alles wat groter is dan 0,3 micrometer tegen. Geen zin om geld voor een HEPA filter uit te geven? Gebruik dan op zijn minst een filterdoek, deze zijn voordelig en algemeen verkrijgbaar voor wasemkappen.

Manier 2: hou je kweekruimte schoon

Hygiene is een belangrijk wapen tegen insecten en schimmels, die dood plantmateriaal maar wat graag komen opruimen. Geef ze daar dus geen kans voor en houd je kweekkast of –tent vrij van afgestorven blaadjes. Laat ook geen aarde slingeren, en hou ook de ruimte buiten je kweektent vrij van dood organisch materiaal en stof.

Goed dieven helpt ook om de beluchting te verbeteren. Het weerhoudt ongedierte er ook van om de onderste blaadjes van je planten aan te vreten. Daar beginnen de beestjes namelijk meestal als eerste te knagen.

Manier 3: de juiste temperatuur & luchtvochtigheid

Het klinkt misschien logisch, maar gezonde planten hebben een veel betere weerstand tegen ongedierte. Ongedierte en schimmels gedijen veelal bij te hoge en te vochtige omstandigheden. Zorg daarom voor een goede luchtcirculatie en voldoende luchtafvoer om de temperatuur en de luchtvochtigheid mee te kunnen controleren.

Geef je wietplanten liever wat vaker kleine beetjes water dan in één keer een hele sloot. Niet alleen is dat beter voor hun gezondheid en weerstand, maar het voorkomt ook een te hoge luchtvochtigheid. Iets wat in de bloeifase dikwijls tot toprot leidt.

Laat katten en honden niet bij je wietplanten komen, ze kunnen insecten van buiten meenemen. Foto: Jaralrat Starngam, Shutterstock

Manier 4: verboden voor huisdieren

Honden en katten lopen vaak buiten en insecten(eitjes) kunnen gemakkelijk in hun vacht mee naar binnen liften. Zorg er daarom voor dat je huisdieren niet bij je wietplanten in de buurt kunnen komen. Wees zelf trouwens ook voorzichtig als je net van buiten komt. Doe je schoenen en je jas uit, en was even je handen voordat je een kijkje bij je wietplanten gaat nemen.

Manier 5: start met goede aarde

Potgrond van grote tuincentrums bevat soms al insecten, eitjes, schimmels of larven. Kies daarom altijd voor een kwalitatieve aarde van een in deze branche gerespecteerd bedrijf. Wanneer je écht 100% zeker wil zijn dat er geen beestjes uit je aarde komen kruipen, kun je preventief aaltjes (nematoden) uitzetten. Zulke aaltjes zijn minuscuul klein en doen je planten geen kwaad. Ze kruipen door de aarde en dringen larven en eitjes van insecten binnen, om ze vervolgens van binnenuit op te vreten.

Manier 6: kweek hydrologisch

Als je het risico van ongedierte uit aarde helemaal wil vermijden, dan moet je hydrologisch kweken. Hydrologische mediums zijn inert, wat betekent dat er helemaal geen enkel leven in zit. Ook geen voeding trouwens maar dat geef je zelf via het water. Hydrologische kweekruimtes zijn superschoon en steriel waardoor hydrokwekers veel minder vaak met ongedierte te maken krijgen.

Compostthee voedt en beschermt wietplanten tegen ongedierte. Foto: Shutterstockphoto3, Shutterstock

Manier 7: geef compostthee

Compostthee is niet alleen een natuurlijke plantenvoeding die je zelf kunt maken, het bevat ook nog eens micro-organismen (microbes) die je wietplanten tegen ongedierte beschermen. Sproei het op de bladeren en het laat een beschermende laag achter tegen ongedierte. Geef het via de wortels en het is een bron van voedingsstoffen voor een gezonde beschermende bodem.

Manier 8: doe aan combinatieteelt

Combinatieteelt is een prima biologische manier om ongedierte af te schrikken. Kweek dus naast wietplanten ook eens wat andere plantjes zoals knoflook, uien en bieslook in je kweekruimte. Dat kan gemakkelijk in dezelfde potten als je wietplanten. Kijk hier voor een lijst met geschikte plantensoorten en wat ze doen. Gebruik binnen alleen de afschrikkende planten, buiten kun je insecten ook weglokken door aantrekkende planten te kweken, maar dan wel een stukje van je wietplanten weg natuurlijk.

Manier 9: kweek lieveheersbeestjes

Kweek in je kweekruimte ook eens wat lieveheersbeestjes. Dit zijn namelijk een soort waakhonden voor je wietplanten aangezien ze zo’n beetje alle andere insecten wel rauw lusten. De truc is om de lieveheersbeestjes niet gewoon in je kweektent los te laten, maar ze in leven te houden. Ze hebben niet veel nodig, een donker plekje, een natte natuurspons en wat rozijnen voor als er geen insecten zijn, da’s alles.

[Openingsfoto: Roxana Gonzalez, Shutterstock]
(advertentie)