(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Benieuwd wat je te wachten staat als je met wiet gepakt wordt? Het overkwam een van de beste vrienden van Bio Bertje en resulteerde na een rechtszaak in een taakstraf van 40 uur. Wat hij daar allemaal meemaakte schreef hij op in een dagboek die hij graag met je deelt. Deze vijfde ‘werkdag’ staat in het teken van bloed en vieze koffie met een laxerende werking…

We zijn inmiddels al aan het zesde verhaal toe, over mijn ervaringen bij de reclassering. Voor wie het allemaal ontgaan is zal ik het even kort uitleggen. Ik ben een goede vriend van Bio Bertje, en een jaar of twee geleden ben ik ‘gepakt’ met wietplantjes. Zelf was ik op dat moment niet thuis, maar bij de inval vonden agenten mijn zaailingen. Het waren er bij elkaar 76 maar het waren mannetjes en vrouwtjes door elkaar.

Lang verhaal kort: na een rechtszaak veroordeelde de rechter me tot een taakstraf, die ik bij de reclassering in Amsterdam heb afgewerkt. De rechtszaak en mijn eerste vier ‘werkdagen’ beschreef ik in de eerste delen van deze serie, en kun je hier (deel #1), hier (deel #2), hier (deel #3), hier (deel #4) en hier (deel #5) teruglezen. Mijn verhaal gaat hier onder verder met de vijfde dag bij de werkplaats van de reclassering.

‘Werkdag’ 5: net op tijd jongen

Vanmorgen werd ik met rugpijn wakker, en moest ik mijn door de fysiotherapeut voorgeschreven oefeningen doen. Dat duurt altijd even en dus rijd ik iets later weg met de fiets, waardoor ik ook iets later bij de reclassering aankom. Het valt echter mee want klokslag 9 uur stond ik bij ze voor de deur. Een dichte deur welteverstaan, en ik ben even bang dat ik te laat ben.

Dat zou namelijk heel vervelend zijn, omdat ik dan niet meer naar binnen mag en de hele dag (6 uur taakstraf) verlies. Dan zou ik deze uren op een andere dag moeten inhalen maar gelukkig reageert een van de werkmeesters als ik op het raam klop. Ik kijk op mijn mobiel en zie dat het exact 9 uur is. De werkmeester doet open. “Net op tijd jongen, 20 seconden had je nog!”

“Net op tijd jongen, je had nog maar 20 seconden.”

Ik ben in ieder geval blij dat ik binnen ben, en haal weer een sluitel voor de kluis bij de balie, om mijn mobiel in op te bergen. Dat is verplicht hier. Nadat ik het op vliegmodus in de kluis deed, leverde ik de sleutel weer in en mag ik door het detectiepoortje. Zoals iedere dag worden mijn jas en mijn rugzak doorzocht voor ik de wachtruimte in mag.

Vandaag zijn er minder mensen dan gisteren; ongeveer 10 tot 12 mannen. Kort na 9 uur uur gaan we naar de werkruimte. Ik ga weer op dezelfde plek in het midden van de ruimte zitten, en pak mijn lege dozen uit de stelling. Het uitpakken en sorteren van de laatste boxen met de siliconen drinkspenen voor babyflesjes kan beginnen.

Bloed en zweet maar geen tranen…

De verpakkingen zijn gemaakt van hard plastic, en krijgen scherpe randen als je ze openscheurt. Na een kwartier werken gebeurt het: ik haal mijn duim open die natuurlijk meteen begint te bloeden. Dus vraag ik in het kantoor van de werkmeesters om een pleister. Ze wijzen naar een eerste hulp kastje aan de muur, met daarnaast een soort dispenser voor pleisters in verschillende afmetingen. Ik trek er een brede pleister uit en plak hem op de wond. Het bloedt alleen erg hard waardoor ik de pleister twee keer moest wisselen voor de bloeding stopte. Eigenlijk stopte het bloeden pas toen ik de duim niet meer gebruikte bij het uitpakken.

Als ik klaar ben met de harde plastic verpakkingen, begin ik met de eerste lading gewone spenen. Deze zijn makkelijker om uit te pakken. De verpakking is wel van hard plastic maar iets flexibeler dan de andere verpakkingen, en ze gaan open zonder te splinteren. Een karton bevat 6 verpakkingen met in elk twee spenen, een kartonnetje (waarin de spenen zitten) en een gevouwen papiertje met instructies in verschillenden talen.

De instructies zijn duidelijk: open de plastic bak met beveiligde sluiting, haal het papier eruit en stop het in een bak. Druk de spenen uit het karton en stop het karton in een tweede bak, en deponeer de spenen in weer een andere bak onder tafel. Het plastic gaat in een vierde bak, die aan de andere kant onder tafel staat.

Als een van mijn bakken vol is, loop ik naar achteren om het in de in de grote afvalbakken te gooien. Mijn duim houdt zich goed, zolang ik alles maar met m’n linkerhand doe.

Met hoge nood fietste Bertje’s vriend naar huis…

Lunch en een grote boodschap

Om 12:30 uur is het lunchpauze. Ik heb meegenomen bolletjes met worst en kaas, en trek een pakje Doritos uit de automaat voor erbij. Dat vind ik een lekkere combinatie. Na het eten wil ik nog een cappuccino uit de koffiemachine alleen werkt die niet. Een van de werkmeesters doet hem open en zegt dat hij het apparaat nu moet schoonmaken. Dat duurt lang.

Hij is meer dan een uur bezig en vergeet om melk in de automaat te doen, waardoor die geen cappuccino meer maakt. Dat is heel jammer omdat ik dat de lekkerste koffie vond. Nu drink ik gewone koffie met melkpoeder en suiker, maar dat is gewoon niet zo lekker. De gewone koffie werkt ook goed als laxeermiddel; ik krijg er buikpijn van, en het gevoel dat ik moet poepen. Het smerige toilet hier bij de reclassering is echter geen optie dus hou ik het maar in.

Om 14:30 uur stopt iedereen met werken en begint het opruimen. Sommigen vegen de vloer en ik gooi mijn bakken leeg en zet ze terug inde stelling. De dag zit er bijna op. Tot 14:55 uur schrijf ik de gebeurtenissen van de dag op, en tegelijkertijd wordt mijn buikpijn erger. Als we eindelijk om drie uur naar buiten mogen, loop ik naar mijn fiets en rij ik zo snel mogelijk naar huis.

Ik trek meteen een sprintje naar mijn eigen schone toilet …wat een bevrijdend gevoel! Ik zweer tegen mezelf dat ik de koffie de volgende dag over sla …maar daarover vertel ik de volgende keer… Tot dan!

(advertentie)