Topstories

(advertentie)

Wietstekken kunnen wortel schieten in allerlei mediums maar doen dat het snelste in een bubble cloner. Daarin krijgen de ongeboren worteltjes namelijk lekker veel zuurstof en vocht, zodat je in een mum van tijd weer nieuwe wietplantjes hebt. Hoe je een bubble cloner maakt dat lees je in deze handige doe-het-zelf handleiding.

Een bubble cloner is eigenlijk een klein DWC hydrosysteem maar dan speciaal bedoeld om snel stekken mee te maken. Het is superhandig als je snel een paar stekken nodig hebt om te bewaren voor je volgende kweekronde. Of om wietplantjes alvast in te laten voorgroeien voor hydrokwekers, want in feite is een bubble cloner gewoon een soort hydrostekken-machine.

Consistente kwaliteit

Als thuiskweker maar helemaal als medicinaal kweker, ben je gebaat bij constante goede kwaliteit cannabis. Iets wat zaad je niet altijd kan brengen. Wiet uit zaden kan namelijk – ook al is het dezelfde wietsoort – toch onderling veel verschillen. Zulke verschillende wietplanten van éénzelfde soort, noem je fenotypen. En sommige strains hebben er enorm veel, zoals bijvoorbeeld Jack Herer die wel vier verschillende fenotypen kent.

Deze variatie is leuk voor de recreatieve cannabisliefhebber maar voor een medicinale cannabis is dit niet altijd gewenst. Het ene fenotype kan meer weg hebben van een sativa, terwijl de andere plant wat meer lijkt op een indica. Dit betekent niet alleen dat je verschil in groei en bloei ziet, maar ook verschil in geur, smaak en effect. En zo kun je wietplanten uit zaden vergelijken met zussen en broers, met genetische overeenkomsten maar ook veel genetische verschillen.

Om dit te voorkomen en een kweekruimte vol met exact dezelfde wietplanten te hebben, moet je daarom werken met cannabisstekken. Stekjes noemen ze in het Engels clones; het woord zegt het al. Je kiest een moederplant uit en hier neem je stekken van, deze stekken zullen allemaal exact dezelfde genen hebben als de moederplant.

Zelf een bubble cloner maken

Stekken maken is in principe niet moeilijk. Je zou bij wijze van spreken een groeitop van de plant af kunnen snijden, en die simpelweg in de aarde kunnen zetten. De kans is er dat deze uit zichzelf zal wortelen en een nieuwe plant vormt. Om de kans op succes echter aanzienlijk te vergroten en te versnellen kun je een bubble cloner gebruiken. Je maakt hem vrij gemakkelijk zelf, lees maar mee.

Het klinkt misschien wat ingewikkeld, een bubble cloner maken. Maar dat valt toch ontzettend mee. De enige spullen die je nodig hebt om er zelf een te maken staan hieronder. De aquariumverwarming is optioneel en houdt het water op een optimale temperatuur van ongeveer 21 graden.

• Een emmer met deksel
• Een (aquarium) luchtpompje
• Bruisstenen
• Een aquariumverwarming of een warme plek
• Stekmateriaal (steenwolpluggen of easy plugs)
• Houders voor je stekmateriaal (netpotjes)

In dit voorbeeld maken we een bubble cloner met ruimte voor 6 stekjes. Met hetzelfde gemak maak je echter ruimte voor wat meer stekken, voor het geval er eentje bij is die niet wil wortelen. We maken dus zes gaten in de deksel van de emmer, waar de kleine netpotjes precies inpassen. In dit geval maken we vierkante gaten omdat we ook vierkante netpotjes gebruiken. Als je ronde netpotjes hebt maak je uiteraard ronde gaten in het deksel. Daarnaast maken we met een boor drie kleine gaten in de deksel, voor de slangetjes van de bruisstenen en de aquariumverwarming.

De verwarming zet je op 20/21 graden, een ideale temperatuur voor wortels. Het water is zo warm genoeg om comfortabel voor de wortels te zijn, maar niet zo warm dat wortelrot een gevaar wordt. Wortels houden van zuurstof, daarom is het nodig om minimaal één bruissteen in het water te leggen. Het mooiste is als er meerdere in kunnen, zodat je extra zuurstofrijk water hebt voor de wortels. Dit vergroot de kans op succes, versnelt het proces aanzienlijk en zorgt ervoor dat je nieuwe wortels niet gaan rotten.

Vervolgens vul je de emmer tot ongeveer een centimeter onder de potjes met water. Het pompje creëert nu bubbels in het water, en die bubbels knappen bovenin kapot. Hierdoor spat er water tegen de onderkant van je plugjes aan, en worden ze vochtig genoeg gehouden.

Klaar om te stekken

Nu je de cloner af hebt kun je stekken gaan maken. Dit doe je door een groeischeut te nemen van een moederplant. Het beste is als je een stek neemt van enkele nodes lang, ongeveer vier. De stekken snij je schuin af en steek je in je stekmateriaal, in dit geval dus de Grodan steenwolpluggen. Mocht je ook steenwolpluggen gebruiken, vergeet dan niet om de pluggen vooraf even te laten weken in water met een zuurtegraad van 5,5 en het overtollige water daarna eruit te slaan. Knijp in ieder geval nooit in steenwolpluggen, want dan verpest je de luchtige structuur ervan.

Door de uiteindes van de bladeren eraf te knippen verdampt de plant minder vocht. Dat is uiteraard van levensbelang zolang de stek nog geen wortels heeft om nieuw vocht mee te kunnen opnemen. Doe je dit niet dan zie je vaak dat de plant eerst alle voeding uit haar bladeren gebruikt, voor ze wortels gaat aanmaken.

Voordat je de stekken in de plugjes steekt kun je ze in stekkengel of stekpoeder dopen, maar dit is niet per se nodig wanneer je een bubble cloner gebruikt. Het zorgt wel voor een veel grotere kans op succes, en daarnaast zullen je stekken sneller wortels groeien.

Wachten…

Hierna komt het meest lastige aan stekken: wachten. Je kunt nu namelijk niet veel meer doen, afgezien van wat wortelstimulator en eventueel een lichte dosis minerale plantenvoeding aan het water toevoegen. Na ongeveer 10 dagen kun je rustig de deksel optillen, om te kijken of je al wortels ziet. Doe dit echter niet elke dag want je verstoort de stekken en het is nergens voor nodig. Niet elke plant laat zich even makkelijk stekken, maar na een dag of tien hoor je wel de eerste wortels te zien!

(advertentie)