Topstories

(advertentie)

Het verbod op de teelt van cannabis zorgt ervoor dat de meeste wiet niet erg duurzaam te noemen is. Jammer, want de wietplant zelf leent zich juist enorm goed voor een duurzame teelt. Hobbykwekers kunnen natuurlijk wel voor een duurzame wietteelt gaan, de wiet wordt er ook nog eens superlekker van en de roker zeker net zo high.

Een wietplant die organisch onder de zon is gekweekt, daar proef je de natuur in. Zo zeggen cannabisliefhebbers weleens. Of het helemaal waar is laten we even in het midden, maar dat een organisch gekweekt wietje beter voor het milieu en de maatschappij is, dat is zeker! Hier komen de do’s en don’ts van de duurzame organische wietteelt.

Doen!

Maak gebruik van de beste kweeklamp die er is: de zon. Kunstlicht dien je te vermijden waar mogelijk. Heb je geen mogelijkheid om buiten wiet te kweken, ga dan op zoek naar een goed adresje van iemand die dit wel doet voor je wiet. Wil je wietplanten geforceerd laten bloeien dan kan dit ook met de zon, je hoeft je wietplanten hiervoor alleen maar te verduisteren, hoe dat moet lees je hier.

Kweek op organische aarde en vermijd dode mediums zoals steenwol of zelfs kokos. Probeer de aarde naderhand ook eens te hergebruiken. Voeg regenwormen aan de aarde toe om deze luchtig te maken en van extra voedingsstoffen te voorzien.

Maak gebruik van organische voedingsstoffen zoals compost, wormenmest of maak eens een aftreksel van brandnetels (brandnetelthee) Introduceer een bodemleven door goede schimmels (Mycorrhizae) en bacteriën toe te voegen. Bloed- en beendermeel zijn goede biologische alternatieven voor flesvoeding.

Wil je grote wietplanten kweken, plant je wiet dan in de volle grond. Wanneer de wortels ongelimiteerd kunnen groeien hoef je je nauwelijks zorgen te maken over meststoffen en water, en zullen je wietplanten boven de grond weken lang explosief groeien. 5 Planten in een goede volle grond met voldoende organisch materiaal, leveren genoeg wiet voor een heel jaar.

Verwijder onkruid met de hand en bestrijd beestjes door andere planten rond de wiet neer te zetten. Knoflook, lavendel, munt en klaver zijn goede planten om naast je wietplanten te hebben. Slakken kun je tegenhouden met koper of vangen met bier. Goedaardige insecten zoals lieveheersbeestjes zijn gek op luizen en de meeste andere lastige beestjes, al is het wel lastig om deze op buitenplanten te houden.

Bewater je wietplanten met regenwater, als je geen regenton hebt; er zijn tegenwoordig mooie druppelton opvangsystemen met ingebouwde gieters die je makkelijk op regenpijpen kunt aansluiten. Tenslotte kun je in gewone emmers natuurlijk ook regenwater opvangen.

Niet doen!

Gebruik bij de organische teelt geen minerale meststoffen. Deze meststoffen zijn weliswaar direct opneembaar, ze zijn slecht voor het bacteriologische bodemleven. Minerale meststoffen zijn bedoeld voor de hydrologische teelt, niet voor de organische. Gebruik ook geen boosters, dat is niet nodig.

Kweek ook geen typische binnenwiet-soorten voor de buitenteelt. Deze hebben een te lange bloeifase nodig waardoor je aan het eind toch nog aangewezen zal zijn op kunstlicht. Er zijn genoeg wietsooorten die wel binnen de zomer afgebloeid kunnen worden. Autoflowers spannen met hun vaste levenscyclus de kroon en zijn zelfs zo snel dat je er achter elkaar, twee van in één zomer kunt kweken.

Grijp niet naar onkruidverdelgers of gifstoffen voor de bestrijding van ongedierte. Ook geen slakkenkorrels dus! Deze gifstoffen komen uiteindelijk in het milieu en dat wilden we nou juist voorkomen bij de duurzame wietteelt. Let ook op met veel zogenaamde biologische middelen want die zijn vaak niet zo biologisch als ze doen voorkomen.

(advertentie)