- Wietboter – lekker, gezond en plezierig + 6 recepten
- CNNBS Basics: kweeklicht voor wietplanten
- Gefjon kweekt Growers Choice en Spliff Seeds (#2)
- Drie experimenten die je alléén met autoflowers kunt doen
- Hoe zit het met de pH-waarde als je biologisch (wiet) kweekt?
- 24K Gold krijgt compostthee & Uncle Kush test Bubba Diesel
Herb History #8: Afghani
Ga er even lekker voor zitten want we hebben stukje échte onmisbare cannabisgeschiedenis voor je. Plantarium bespreekt namelijk de ontstaansgeschiedenis van Afghani, de onmiskenbare indica’s uit het gelijkklinkende Afghanistan, en de belangrijkste voorouder van onder meer veel Skunk, Cheese en AK-47.
Afghani is een genetisch gezien een bijzonder invloedrijke grootouder. Zonder Afghani had jij nu niet kunnen genieten van hedendaagse Skunk-kruisingen, de Cheese, de AK en diverse harsrijke Amerikaanse soorten. Afghani is namelijk een veelvuldig gebruikte vader- of moederplant. Tijd voor een klein eerbetoon aan deze plakkerige en sterke wietsoort.
Een Afghani?
Wie Afghani ooit eens in zijn of haar kweektent heeft mogen aanschouwen, weet dat het een korte, bossige plant betreft met zeer donkergroene bladeren. Een Afghani heeft vaak een kruidige, zurige geur en een gemiddeld THC percentage. Qua effect is de originele Afghani een ontspannende bankplakker. Wie Afghanis toppen consumeert krijgt last van zware ogen en schakelt vrij snel over op standje ‘chill’. Een échte indica zou je zeggen! Klopt. Toch is dat niet altijd zo geweest.
Geschiedenis
Zoals je waarschijnlijk wel vermoedt, komt Afghani oorspronkelijk uit Afghanistan. Een land gelegen tussen het Hindu Kush gebergte en de woestijn van Iran. Het is een oord met één van de grootste tradities van cannabis cultivatie en meer specifiek: de productie van hasj. Al velen jaren worden hier landrassen gekweekt en gecultiveerd, puur om de omringende landen te voorzien van een blokje Afghaanse hasj (Afghaan).
Laten we eens kijken waar Afghani uit ontstaan is. Een man waar we in dat opzicht veel aan te danken hebben is Nikolai Vavilov. Hij was Sovjet botanist en plantenexpert en werkzaam voor het Sovjet Research Instituut in de ’toegepaste plantkunde’. Nikolai deed in de eerste helft van de 20e eeuw onderzoek naar de cannabisplant. Hij schreef een aantal boeken, waaronder ‘Origin and Geography of Cultivated Plants’. Daarin wijdt hij ook een deel aan cannabis en wel het ontstaan van de Afghani genen zoals we die nu kennen.
Bij zijn bezoeken aan Afghanistan in de jaren twintig van de vorige eeuw, en dan vooral de provincie Badachsjan met Faizabad als hoofdstad, merkte hij op dat er vooral sativa’s werden gekweekt. Hij zag dat deze hoge en lange wietplanten voor het merendeel gebruikt werden voor de productie van hasj. Oftewel het plakkerige zwarte goud.
Ook viel hem wat anders op. Hij beschreef dat er twee wilde indica dominante variëteiten langs de rivier de Kunar groeiden, die zichtbaar andere kenmerken hadden als de sativa’s van de hasjboeren. Geen van beide soorten werd op dat moment in tijd actief veredeld door de lokale bevolking.
De twee door Vavilov beschreven indica soorten werden later bekend als Cannabis Indica Var. Afghanica Vav. en Cannabis Indica Var. Kafiristanica Vav. De ontdekking van Nikolai suggereert dat indica niet werd veredeld alsook niet werd gebruikt voor de productie van hasj. De hasjboeren gebruikten toen namelijk nog sativa dominante wietplanten. Hoe komt het dan dat de zogeheten ‘traditionele’ Afghani een échte indica is?
Hasjmakers op de vlucht
We maken een kleine sprong in de tijd, naar het jaar 1935. In het Chinese deel van Turkestan (nu Oezbekistan) was hasj maken een welkome bezigheid, en de inwoners experts op het gebied. De hasj uit Turkestan werd alom geprezen en massaal geëxporteerd. Toch besloot de Chinese overheid het maken ervan te verbieden.
Dat betekende dat veel Chinese extractie-specialisten zich naar het veiliger Afghanistan bewogen om hun ambt uit te oefenen. Uiteraard namen ze hun hoge kwaliteit sativa zaden mee, maar op de route naar het westen kwamen ze ook andere opmerkelijke wietsoorten tegen. De enige logische route liep namelijk via de rivier de Kunar, en op haar banken groeiden wilde indica dominante wietsoorten (precies zoals Nikolai het eerder beschreef). Het verhaal gaat, dat de Chinese mannen en vrouwen de zaadjes van de wilde indica’s meenamen naar Afghanistan… Zou jij ook doen, toch?
En zo ging men experimenteren…
Uit diverse bronnen blijkt dat er in de jaren ’70 allerlei wild groeiende cannabisplanten in de greppels van Afghanistan verschenen. Planten met enorm smalle bladeren, waarschijnlijk sativa’s. Maar ook wilde indica dominante variëteiten met brede bladvingers. Het was een bewijs dat de Chinese hasjmakers actief aan de slag waren gegaan met de indica-genetica. In hun velden stonden naast de sativa’s ook de indica wietplanten, waardoor er een continue kruisbestuiving plaatsvond.
In die tijd nam ook de vraag naar Afghaanse hasj in het Westen toe. Men diende meer te produceren en de sativa’s bloeiden daarvoor te lang. De boeren moesten hun productie opschalen en kwamen erachter dat de indica’s betere oogsten leverden, én sneller klaar waren. Je begrijpt, de keuze om over te stappen was snel gemaakt. De hasjproducenten verkozen de indica Afghani boven haar sativa dominante zuster. Een bijkomend voordeel was dat de indica in haar volle bloei ook veel meer kristallen had, en dat ze tevens wat sterker qua effect bleek te zijn. Een win-win situatie. De Afghani die je nu als zaad kunt kopen, is dus eigenlijk een afstammeling van de indica dominante soorten uit het Chinese deel van Turkestan.
Toch was niet iedereen het eens met de graduele overstap. De hippies in de jaren ’60 en ’70 merkten het verschil ook op. Zij waren gewend aan de hasj van de sativa-soorten. Deze had een typische, heldere high en zoetere smaak. Prima voor creatieve sessies! De indica hasj bleek vaker veel zwaarder te roken, met meer ontspanning en algehele fysieke lamlendigheid…
Toch hebben deze vredelievende mensen de cannabisindustrie een heldendaad bewezen. Zij hebben ervoor gezorgd dat er honderden van de meest potente Afghani’s het land uit gesmokkeld zijn tijdens de Hippie Trail. Voordat de Sovjet Unie Afghanistan in eind jaren zeventig binnenviel, waren deze zaadjes al in de handen van de Westerse veredelaars. De geïmporteerde Afghani bleek een uitstekende basis voor de huidige strains en men maakte gretig gebruik van haar sterke en tolerante eigenschappen.
De rest is geschiedenis
Inmiddels zijn er – zoals het altijd gaat met bekende soorten – honderden diverse Afghani’s op de markt. Ben je ook eens toe aan een old-school en heerlijk gebalanceerde soort? Stop dan eens wat zaadjes van een Afghani in je koffiefilter om te laten ontkiemen. Na drie maanden en een korte cure later, zal je bank nog nooit zo lekker zitten!
Heb je vragen over cannabiszaden? Zoek je advies, informatie of begeleiding? We helpen je graag verder. In onze winkel in Nijmegen staan drie klimaatkoelkasten, vol met allerlei zaden. Daarbij weten we hoe de soorten zich gedragen, waardoor we jou van prima advies kunnen voorzien. Stuur ons een mail op info@plantarium.nu of kom onze webshop verkennen.
(advertentie)