Topstories

(advertentie)

Nadat hij bijna drie jaar in alle openheid heeft geopereerd, komt er nu toch een strafproces tegen Rinus Beintema. De oprichter van cannabis social club Suver Nuver zal zich op 23 augustus moeten verantwoorden voor het overtreden van de Opiumwet én de vermoedelijke overtreding van de Geneesmiddelenwet. De Fries is echter zeer content dat er een proces komt!

Beintema altijd transparant geweest

Bijna drie jaar lang keek de Nederlandse cannabisgemeenschap vol verwondering naar de prestaties van Rinus Beintema. In oktober 2015 richtte hij cannabis social club Suver Nuver op in Leeuwarden. Met zijn stichting creëerde Beintema een ontmoetingsplek voor medicinale cannabisgebruikers. Bovendien kunnen patiënten er mediwietolie krijgen.

Men verwachtte dat het Openbaar Ministerie snel in actie zou komen. Eerdere initiatieven in deze richting werden namelijk direct de kop ingedrukt door het OM. Bij Suver Nuver gebeurde dat gek genoeg niet.

“Ik weet niet zo goed waarom wij tot nu toe niet zijn tegengehouden. Ik ben namelijk altijd transparant geweest over de doelstelling van Suver Nuver. Namelijk patiënten samenbrengen en toegang verschaffen tot medicinale wietolie. Ook ga ik altijd in gesprek met de gemeentes waar wij locaties openen. En er is zeker al 40 keer iets over ons gepubliceerd in de landelijke media”, vertelt Beintema.

“Ik ben blij dat het er nu eindelijk van komt en heb er ook zin in. Nederland heeft recht op duidelijkheid over en vooruitgang in de wetgeving omtrent medicinale cannabisolie.”

Geen inval Suver Nuver maar een brief

Beintema zal zich tijdens het proces moeten verantwoorden voor het overtreden van de Opiumwet. Wietolie wordt in Nederland namelijk gezien als een harddrug. Het vervaardigen en verspreiden ervan is dus strafbaar.

Opmerkelijk is dat Beintema mogelijk ook wordt aangeklaagd voor het overtreden van de Geneesmiddelenwet; een aanklacht die nog zwaarder weegt dan het overtreden van de Opiumwet.

Beintema: “De overheid en allerlei instanties zoals het Nederlandse Huisartsengenootschap zeggen dat de medicinale werking van cannabis ondervoldoende is bewezen. Het is dus raar dat ze mij mogelijk ook gaan vervolgen voor het overtreden van de Geneesmiddelenwet.

‘Ik wacht al een tijdje op dit proces waarin de Nederlandse overheid antwoord gaat geven op mijn handelen. Ik ben oprecht blij dat het nu gebeurt en heb er zin in’

“Ik noem cannabis overigens nooit een medicijn. Ik refereer alleen aan allerlei publicaties uit de Verenigde Staten en Canada die de medicinale werking ervan aantonen. Maar goed, ik ben blij dat ze die Geneesmiddelenwet er ook bij halen; laat ze daar maar eens een uitspraak over doen.”

De overheid lijkt overigens nog niet zo goed te weet hoe zij deze zaak moet aanpakken. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat Beintema een brief kreeg van Hennepteam Noord-Nederland.

“Als je wordt verdacht van het overtreden van artikel 1 van de Opiumwet en de Geneesmiddelenwet, doet de politie echt wel een inval. Dat is nu niet gebeurd. Ik heb een keurige brief gekregen waarin ze hun plannen aankondigden.”

Toch geen haast

In die brief stond dat het proces op 21 juni 2018 zou starten. Maar na een telefoontje van Beintemas advocaat Mr. Vis van Spong Advocaten, werd het een paar maanden verschoven naar 23 augustus.

“Na dat telefoontje was de haast ineens weg”, verklaart Beintema. “Ik denk echt dat ze nog niet zo goed weten wat het plan van aanpak is, terwijl wij (Beintema en zijn advocaten, red.) onszelf de afgelopen tijd goed hebben voorbereid.”

Het lijkt erop dat de overheid wat meer tijd nodig heeft en dat is maar goed ook. Want deze zaak moet duidelijkheid gaan geven over de stand van zaken omtrent medicinale wietolie in Nederland.

Beintema is er in ieder geval klaar voor. “Ik wacht al een tijdje op dit proces waarin de Nederlandse overheid antwoord gaat geven op mijn handelen. Ik ben oprecht blij dat het nu gebeurt en heb er zin in. “En als de uitkomst is dat ik een straf moet uitzitten, dan doe ik dat met plezier. We hebben dan namelijk hoe dan ook meer duidelijkheid gekregen over de positie van mediwietolie in Nederland.”

(advertentie)