(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Organisaties die zich met drugs bezig houden heb je in alle soorten en maten. Van het grote, gesubsidieerde Trimbos Instituut tot de coffeeshopbonden en van Law Enforcement Action Partnership (LEAP) Nederland tot onze stichting Verbond voor Opheffing van het Cannabisverbod. De meest uitzonderlijke van al deze drugsorganisaties is wat mij betreft de MDHG, vroeger ook bekend als de Junkiebond.

‘Gekken waar geen kruid tegen gewassen leek’

De letters MDHG staan voor Medische Dienst Heroïne Gebruikers. Toen de MDHG in mei 1977 in Amsterdam werd opgericht, had je die veel in de stad. Binnenstadbewoner Johan Riemens (1918-2004) sloeg de handen ineen met straathoekwerker August de Loor, een paar artsen en apothekers en ouders van verslaafde jongeren om laagdrempelige, toegankelijke  hulpverlening te gaan bieden aan deze groep.

Later zou “drugsprofessor” Peter Cohen schrijven: ‘In 1977 werd de MDHG opgericht, onder invloed van ideeën over de constructie van het drugsprobleem die hun tijd ver vooruit waren. In die tijd keken mensen in het algemeen, en dokters en psychiaters in het bijzonder, naar intensieve druggebruikers alsof het een nieuw soort krankzinnigen waren. Een soort gekken waar geen kruid tegen gewassen leek.’

De MDHG bijt regelmatig de hand die haar voedt

De MDHG, in 1986 omgedoopt tot Belangenvereniging Druggebruikers MDHG, is tegen repressief drugsbeleid en vóór legalisering. De vereniging pioniert met harm reduction-projecten als spuitenomruil, methadon bij de huisarts en gebruikersruimtes.

Bijna dertig jaar huist het kantoor in de benedenwoning van Johan Riemens aan de Binnenkant 46. Zelf woont Riemens in twee kamers in het achterhuis. De benedenwoning wordt een inloophuis, waar druggebruikers terecht kunnen voor een kop koffie en een luisterend oor.

Vanaf de oprichting ontvangt de MDHG subsidie van de gemeente Amsterdam. Dat de vereniging regelmatig bijt in de hand die haar voedt, is gelukkig nooit reden geweest om de subsidie te stoppen. Door het dagelijkse contact met gebruikers weten de MDHG-ers écht wat er speelt in de scene, wat er mis gaat en hoe het beter zou kunnen.

Solidariteit tussen blowers, ravers en junkies

Het maakt de MDHG tot een gerespecteerde gesprekspartner van de lokale overheid. Bij de viering van het veertigjarige bestaan in 2017 was toenmalig wethouder Eric van der Burg, nu staatssecretaris van justitie, een van de sprekers. In veel buitenlanden, zei Van der Burg, is het nog steeds moeilijk te bevatten dat er zoiets als de MDHG bestaat. Laat staan dat een wethouder er komt speechen.

De eerste keer dat ik MDHG-ers leerde kennen moet 2003 zijn geweest, toen ik met mijn vrouw Ciel meereisde in een gammele oude stadsbus van Amsterdam naar Wenen. Reisdoel was de eerste grote internationale demonstratie tegen de war on drugs bij het hoofdkwartier van de UNODC, de drugsafdeling van de Verenigde Naties.

Het werd een memorabele trip en een historische demonstratie. Ik herinner me een sterk gevoel van solidariteit tussen de blowers, de ravers, de oude garde junkies en alle anderen die in het hol van de leeuw tegen de drugsoorlog protesteerden.

40 jaar Spuit 11 blijkt 43 jaar te zijn

Mijn goede vriend Dennis Lahey, alias DC Lama, is al een hele tijd directeur van de MDHG. Op zijn verzoek werk ik aan een verhaal over Spuit 11, het tijdschrift van de club. Vanwege de veertigste jaargang, legde Dennis uit.

Dat leek me sterk. In mijn verzameling boeken en tijdschriften over cannabis en andere drugs zitten de eerste twee nummers van Spuit 11, die ik nog niet zo lang geleden cadeau kreeg van mijn Belgische makker Yves. De eerste Spuit 11 dateert van november 1980, het tweede van januari 1981. Niet veertig jaar geleden dus, maar bijna 43 jaar.

De verwarring past helemaal bij dit wonderlijke tijdschrift dat begon als maandblad, daarna kwartaalblad werd en nog weer later ‘onregelmatig verschijnend tijdschrift’.

Niet alleen kommer en kwel

Afgelopen weekend bezocht ik de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag, die alle sinds 1994 verschenen edities van Spuit 11 in keurige archiefdozen bewaard. Iedereen kan ze inzien in de leeszaal. Het was aangrijpend om die nummers uit drie decennia te bekijken en lezen. Verhalen, ervaringen en gedichten van verslaafden, daklozen, de kwetsbaarste mensen in onze samenleving.

Uit al die Spuit 11’s spreekt niet alleen kommer, kwel en onrecht, maar ook vechtlust, creativiteit en humor. Zo zit in het tweede nummer een zakje geplakt met daarboven de tekst:

‘Het zakje wiet wat hieronder (hopelijk) hangt was bedoelt als Sinterklaaskadootje. Bij het maken van dit blad bleek dat het pas in januari uit kon komen. T was daarom een beetje lullig om half januari met ’n Sinterklaasgedicht(kadootje) te komen. Bouw een lekkere stick van deze Nederwiet en gebruik het goed’

Directeur Lahey houdt de microfoon vast voor de Amsterdamse wethouder Eric van der Burg, nu staatssecretaris van justitie,  die spreekt op het 40-jarig jubileum van de MDHG in 2017…

Luis in de pels en veilige haven tegelijk

In 2005 moest de MDHG vanwege klagende buren verhuizen en kwam terecht op de huidige plek: het Jonas Daniël Meijerplein. Schuin tegenover het standbeeld De Dokwerker, symbool van verzet tegen onderdrukking. We hebben er met het VOC tientallen keren onze maandelijkse vergadering gehouden. Ook stichting Legalize! en andere organisaties waren en zijn er altijd welkom.

De MDHG is een bastion, een tegenkracht, een luis in de pels, een veilige haven voor mensen die nog steeds worden gemarginaliseerd en een roepende in de woestijn. Wie maakt er – eindelijk – een documentaireserie over deze uitzonderlijke organisatie?

(advertentie)