Topstories

(advertentie)

Goede wiet bevat geen zaden maar bestaat uitsluitend uit de bloemen van vrouwelijke wietplanten. Wanneer het je dan ook om een mooie oogst te doen is, kweek je alleen maar vrouwelijke wietplanten. Dat niet alleen maar in dat geval moet je ze ook uit de buurt houden van stuifmeel. Oftewel van mannelijke wietplanten, hermafrodieten en banaantjes.

Voor we het verschil uitleggen tussen mannelijke wietplanten, hermafrodieten en toppen met banaantjes, eerst even iets over de voortplanting van cannabis. Dan begrijp je namelijk ook meteen waaróm je bloeiende toppen uit de buurt van deze stuifmeelproducenten moet houden.

De cannabisplant is in principe een éénjarige, tweehuizige plantensoort. Eénjarig betekent dat de cyclus van een wietplant slechts één seizoen duurt. Een zaadje ontkiemt, groeit, bloeit (produceert nieuw zaad) en sterft af voor de winter is begonnen. Het zaad overleeft de winter en komt in het voorjaar weer op. Tweehuizig betekent dat de mannelijke en de vrouwelijke geslachtsorganen niet op dezelfde plant groeien, maar dat er mannelijke en vrouwelijke wietplanten bestaan.

Sin semilla

Misschien heb je weleens gehoord van sin semilla? Dat is Spaans en betekent letterlijk ‘zonder zaad’. Hiermee wordt wiet zonder zaad bedoeld. En wel om de eenvoudige reden dat wiettoppen veel sterker worden wanneer er geen zaden in groeien. Blijft een vrouwelijke wiettop namelijk onbevrucht, dan ontwikkelt deze zich veel beter vanwege twee redenen. Ten eerste gaat er geen energie verloren aan de productie van het zaad. Ten tweede doet de plant er alles aan om de kans op bevruchting zo groot mogelijk te maken. En dat houdt in dat ze grote plakkerige toppen aanmaakt. Hoe groter en plakkeriger immers, hoe meer kans dat deze stuifmeelkorrels weet op te vangen.

Mannelijke wietplanten

Als je dus wietplanten kweekt omdat je graag wiettoppen rookt (en wie doet dat niet) of wietolie wil maken, moet je uitsluitend vrouwelijke wietplanten kweken. Dit kan je doen door stekken te maken van een wietplant waarvan je zeker weet dat het een vrouwelijke wietplant is. Maar makkelijker is het om gewoon gefeminiseerde wietzaden te kopen. Deze leveren namelijk voor 99,9% zeker alleen vrouwelijke wietplanten op.

Hoewel gefeminiseerde wietzaden tegenwoordig zeer betrouwbaar zijn, loont het toch de moeite om mannelijke wietplanten te leren herkennen. Het kan namelijk altijd gebeuren dat ergens een zaadje verwisseld is en je ongewild toch een mannetje kweekt. Of natuurlijk wanneer je een wietsoort kweekt die niet als gefeminiseerd wietzaad verkrijgbaar is.

Voorbloei

De mannelijke bloemen ontstaan net als de vrouwelijke bloemen voor het eerst bij de voorbloei, of aan het begin van de bloeifase. Let goed op en kijk vooral naar de oksels van de takken, want hier ontstaan de eerste bloemen. Mannelijke bloemen zien eruit als ronde knopjes op een steeltje. Vrouwelijke bloemen zijn daarentegen druppelvormig en hebben twee witte haartjes. Hieronder zie je de mannelijke bloei, en daaronder het verschil tussen mannelijke en vrouwelijke bloempjes.

Hermafrodieten

Hermafrodiete wietplanten zijn wietplanten die zowel vrouwelijk als mannelijke geslachtsorganen dragen. Dit is geen foutje van moeder natuur maar eerder een overlevingsstrategie. Omdat wietplanten ook hermafrodiet kunnen worden, kunnen ze zich ook zonder mannelijke exemplaren voortplanten. Meestal doen wietplanten dit in geval van nood. Stress is dan ook een grote factor bij het produceren van hermafrodiete wietplanten.

Hermafrodiete wietplanten dragen dus zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen. En zoals ook de vrouwelijke bloemen, ontstaan de mannelijke bloemen bij hermafrodiete wietplanten bij het ingaan van de bloeifase. Wees dus ook bedacht op mannelijke bloei, als je al vrouwelijke bloemen hebt ontdekt. Er kan nog altijd een hermafrodiete wietplant in je kweekruimte staan. En één mannelijk bloempje is genoeg om al je ‘dames’ te bevruchten! Zo zien hermafrodiete toppen eruit:

 

Banaantjes

Banaantjes zijn een heel andere vorm van hermafroditisme bij wietplanten. Het zijn geen volledig ontwikkelde mannelijke bloempjes, maar slechts stampers die midden uit de vrouwelijke toppen groeien. Ze zien er nooit uit als ronde knoppen maar zijn langwerpig en geel of lichtgroen en lijken op piepkleine banaantjes. Soms groeien ze samen als een soort trosje minibananen.

Banaantjes zijn lastig te bestrijden maar gelukkig ook een stuk minder schadelijk als een volledige hermafrodiet in je kweekruimte. Ze ontstaan gelukkig pas aan het einde van de bloeifase, omdat de vrouwelijke wietplant gestresst raakt doordat ze na weken bloeien nog steeds niet bevrucht is. Hierdoor is er meestal niet veel tijd meer om zaden te vormen, en zijn de toppen vaak al goed ontwikkeld.

Zie je een banaantje haal hem dan maar beter weg maar maak je er niet al te druk over. Helemaal niet als je wietplanten al bijna klaar zijn met bloeien. Heb je echter veel banaantjes en moeten je wietplanten nog best wel lang bloeien, dan kun je de hele plant beter weghalen om bevruchting te voorkomen.

[Openingsfoto: Proworks, Shutterstock]

(advertentie)