Topstories

(advertentie)

Je hebt mensen die na IJsheiligen gewoon wat wietzaden in de grond stoppen, en je hebt buitenkwekers zoals Mogow. Hij pakt het kweken ‘buitengewoon’ professioneel aan en kweekt in een verzonken tunnelkas met zijn eigen aarde-receptuur. Maak je op voor een kundig kweekverslag van CNNBS buitenwiet-correspondent #7: Mogow

Mogow

Ik ben Mogow en geniet sinds 2013 van de mooie hobby die wietplanten kweken heet. Het grootbrengen en uitbloeien doe ik in een tunnelkas van 4 x 4 meter. De bodem ligt in de kas een halve meter dieper dan buiten de kas. Daardoor is het bij te heet weer wat kouder voor de wortels. Ook heb ik daardoor meer ruimte in de hoogte en is de kas van binnen drie meter hoog.

Water haal ik uit een regenput of soms uit de vijver. Voor afkoeling heb ik vijf ventilators; eentje voor verse lucht, twee die altijd aan staan en twee voor nood. De aarde stel ik zelf samen en bevat al genoeg voeding, zo hoef ik enkel nog water te geven.

Begin april, voorbereiding van de kas, zaadjes uitzoeken en bestellen. Dit jaar werk ik met twee scrognetten, elk drie bij één meter meter; de ene op één meter hoogte en de tweede op twee meter hoogte. Het zaad bestel ik bij Azarius, nog nooit problemen mee gehad. Ik heb gekozen voor de twee Hollandse buitenwiet soorten Hollands Hope en Frisian Duck, en de Sapphire OG van Humboldt.

5 april, starten met ontkiemen. Dat doe ik tussen twee bordjes en twee lagen keukenpapier en lauw water op de vensterbank. Op 7 april heb ik de uitgekomen zaden in 0,2-literpotjes met zaai- en stekgrond gezaaid en in de miniserre (propagator) gedaan om de luchtvochtigheid wat hoger te houden voor de zaailingen. Op 12 april heb ik de miniserre één uur open gezet, om de ventilator op de plantjes te kunnen laten blazen. Daarna zette ik de ventilator elke dag een extra uur op de zaailingen, zo worden ze sterk.

25 april, aarde gekocht, 680 liter bio potgrond met weinig voeding en zes verschillende bio toevoegingen van DCM: 1,5 kilo Kieseriet (magnesium), 1,5 kilo Bloedmeel (stikstof), 1,5 kilo Beendermeel (fosfor), 1,5 kilo Tuinkali (kalium), 1 kilo lavameel en 2 kilo zeewierkalk. Verder 50 liter perliet en een grote 12-literzak Mega Worm van Plagron. Dit alles heb ik goed door elkaar gemengd en een maand lang elke twee dagen bevochtigd en omgeschept.

26 april, de plantjes doen het goed en zijn ongeveer 8 centimeter hoog nu. Ze hebben al een paar namiddagen van de buitenlucht kunnen genieten. Ik probeer ze goed vochtig te houden. Op 28 april heb ik de zaailingen van hun 0,2-literpotjes naar 0,5-literpotjes verplaatst. Er is goede wortelgroei te zien!

Op 4 mei is het effect van de nieuwe potjes te zien. De planten maken het goed. Ze zijn pas zo’n 10 centimeter hoog maar krijgen al een mooie structuur, kort en krachtig. Volgend jaar komt er een verwarmde bodem in de miniserre, dan kunnen ze wat sneller voorgroeien.

8 mei, ik heb een aantal plantjes naar 1,5-literpotten verpot, en sommigen naar een 10-literpot. Ze zijn nog steeds rond de 10 centimeter maar krijgen nu wel meer vertakkingen. Bijna tijd om te fimmen…. In mijn volgende verslag lees je hoe het verder gaat met de Hollands Hope en Frisian Duck, en de Sapphire OG. Over naar mijn zij-project.

Paarse autoflowers uit Amerika

Ieder jaar experimenteer ik namelijk ook een beetje. Zo heb ik eens lowriders gemaakt en cannabis-bosaiboompjes (zie hieronder), en dit jaar wil ik me eens aan een paar autoflowers wagen. De zaadjes hiervoor krijg ik van een bevriende mede-grower uit Amerika: Mass Medical Strains. Zeer mooie purple-soortjes!

(advertentie)