(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Een coffeeshophouder uit Heerlen had een stash van 39 kilo softdrugs en 8.322 (19 kilo) jointjes. Hij liep tegen de lamp en kreeg onlangs van het Gerechtshof in Den Bosch een gevangenisstraf van 9 maanden, waarvan 6 voorwaardelijk. Volgens cannabisadvocaat Maurice Veldman is er met het politie- en justitiebeleid ten aanzien van de stashes van coffeeshops sprake van volstrekte willekeur.

De ene rechtbank is de andere niet

Het Gerechtshof verweet de exploitant dat hij meer dan 500 gram softdrugs in zijn bezit had en rekende dit hem heel zwaar aan. De Hoge Raad liet de veroordeling in stand.

Zes jaar eerder sloeg hetzelfde hof in een vergelijkbare zaak een hele andere toon aan. In die zaak stond een bedrijfsleider terecht die 36 kilo stash thuis had liggen. De rechtbank had hem eerder veroordeeld tot een half jaar celstraf en 25.000 euro boete.

Het Gerechtshof in Den Bosch oordeelde echter dat het logisch is dat een coffeeshop ergens een voorraad heeft en stak de verdachte een welwillende hand toe door geen straf op te leggen.

Gerechtshof oordeelt bijzonder kritisch over vervolging

Dat gebeurde ook in de beroemde Checkpoint-zaak: geen straf voor de exploitant en het Hof toonde zich welwillend over de problematiek tussen voor- en achterdeur.

Coffeeshophouder Henry Dekker verscheen in het Amsterdamse Gerechtshof aan het IJdok voor het bezit van een stash van 46 kilo. Door de inbeslagname was hem meer dan 200.000 euro door de neus geboord.

Het Amsterdamse Gerechtshof toonde zich bijzonder kritisch over de vervolging: het betrof hier een exploitant van meerdere coffeeshops die al 40 jaar zonder één overtreding zijn nering dreef.

De Advocaat-Generaal moest het nut en doel uitleggen van de vervolging van deze ‘bonafide coffeeshophouder’, zoals Dekker door het hof werd genoemd. Was het openbaar ministerie zich wel bewust van het feit dat een concurrent een anonieme tip kan geven zodat hij de klanten van de weggetipte exploitant kan overnemen?

Rechtsongelijkheid troef voor Nederlandse coffeeshophouders

Het Amsterdamse hof vroeg naar gegevens van de opsporing en vervolging van coffeeshophouders die met een stash zijn gepakt. Het openbaar ministerie stond met de mond vol tanden. Gegevens daarover ontbreken geheel, er blijkt geen enkel besef te zijn over de stand van zaken rond het gedoogbeleid.

Henry Dekker wees op de rechtsongelijkheid omdat hij niet mee mag doen met het Experiment Gesloten Coffeeshopketen (de wietproef). Collega’s die daar wel voor zijn uitverkoren, hoeven geen zaken te doen met het ondergrondse circuit. Dekker wel, anders kan hij zijn vergunning niet gebruiken.

Hij vindt dat discriminerend en voelt zich miskend. Volgens Dekker handelt de overheid in strijd met het gelijkheidsbeginsel door hem niet toe te laten tot de proef met de gesloten keten.

Met de PVV aan de macht ziet het drugsbeleid er somber uit

Er kleeft nog altijd veel willekeur aan uitspraken van rechters over de noodzakelijke stash van coffeeshops. Binnen de rechterlijke macht ontbreekt consensus, men doet maar wat. Het huidige kabinet wil eigenlijk alle coffeeshops sluiten.

PVV-Kamerlid Raymond de Roon – nota bene voormalig Advocaat-Generaal in het Amsterdamse Gerechtshof – verklaarde het hele gedoogbeleid failliet. Met veel bombarie en foute informatie schreeuwt hij moord en brand over de Nederlandse drugsaanpak. Zonder enige nuance schaart hij alle drugs over één kam.

De georganiseerde criminaliteit spint daar garen bij. Zo blijft het ondergrondse circuit verzekerd van klandizie. Zolang de PVV aan de macht blijft ziet de toekomst van het Nederlandse drugsbeleid er somber uit.

[beeld: Shutterstock]
(advertentie)