(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Luie kwekers die weinig centen te makken hebben opletten. Met een flinke emmer water, suiker en wat geduld kun je allerlei voeding en natuurlijke extra’s voor je wietplanten maken. Plantengier en -thee kun je namelijk niet alleen van brandnetels en compost maken, maar van allerlei plantensoorten die gratis in de natuur te vinden zijn. Doe er je voordeel mee!

Gier is een soort vloeibare mest voor planten, en helemaal veganistisch bovendien. Je maakt het namelijk helemaal van planten, en er komen zelfs geen uitwerpselen van dieren bij aan te pas. Brandnetelgier is een van de bekendste voorbeelden maar lang niet de enige. Je kunt gier namelijk van allerlei plantensoorten maken, en de gebruikte plantensoort bepaalt ook meteen de werking.

Brandnetels zorgen bijvoorbeeld voor gier met veel stikstof, en helpen je wietplanten om snel te groeien tijdens de groeifase. Het is bovendien zeer geschikt voor wietplanten, omdat cannabis een snel groeiende plantensoort is, en dus ook veel stikstof nodig heeft. Met name in de groeifase.

De bekendste plantengier is brandnetelgier. Het bevat veel stikstof (N) en is perfect voor de groeifase van wietplanten.

Thee tegen schimmels, meeldauw & voor de wortels

Plantenaftreksels worden ook wel thee genoemd, en zijn zelfs al na 24 uur klaar voor gebruik. Aftreksels kun je in tegenstelling tot gier ook op de bladeren van wietplanten sproeien. Een aftreksel van kamille of heermoes werkt bijvoorbeeld preventief tegen allerlei (bodem)schimmelziektes en meeldauw. Deze maak je simpelweg door de fijngehakte plantentoppen (groeipunten) 24 uur in water te laten trekken.

Knoflookthee kun je ook tegen meeldauw gebruiken. Hak daarvoor vijf bollen knoflook fijn en overgiet die met een liter heet water. Laat het 24 uur trekken, filter de knoflook eruit en verdun met drie liter water. Sproei het op de aangetaste wietplanten en herhaal de behandeling een paar dagen.

Wilgen wortelen heel goed en dat komt omdat ze veel auxine bevatten. Daarnaast bevatten ze ook veel Salicine, wat een goede werking van het immuunsysteem van planten stimuleert. Wilgenthee zorgt dan ook voor een snelle worteling en kun je zelfs als een alternatief voor stekpoeder gebruiken. Het beste gebruik je jonge takjes of bast van de schietwilg (Salix alba), maar andere wilgensoorten kun je ook gebruiken. Knip de takjes klein en stop ze in een pot. Giet er kokend water overheen en laat het afkoelen.

Een aftreksel van knoflook helpt tegen meeldauw, net als een thee van kamille of heermoes.

Verschillende soorten gier

Je kunt gier zogezegd ook van veel andere planten maken. Smeerwortel (Symphytum) bevat bijvoorbeeld veel kalium en ijzer maar ook stikstof en fosfor. De gier bevordert de bloei en ontwikkeling van bloemen (lees: toppen).

Gier van Heermoes, ook wel paardenstaart (Equisetum arvense) bevat kiezelzuur en silicaten en versterkt de celwanden van plantencellen. Ook helpt heermoesgier preventief tegen schimmelziekten zoals top-, stam- en wortelrot.

Duizendblad (Achillea millefolium) is ook een goede plantensoort om gier van te maken. Het is rijk aan voedingsstoffen en daardoor een goede bron van mineralen voor wietplanten. Andere plantensoorten die je in je gier kunt verwerken zijn zuring, paardenbloem, komkommerkruid, zevenblad en zeewier.

Plantengier maken en gebruiken

Gebruik ongeveer een kilo verse groeipunten van planten, of 150 gram als je gedroogd plantenmateriaal hebt. Stop het eventueel in een jute zak of panty om het er later weer gemakkelijk uit te kunnen halen. Neem een emmer of ton (geen metaal) met 10 liter water en stop hier het plantenmateriaal in. Gebruik eventueel een steen om de planten onder water te houden.

Weest gewaarschuwd want plantengier stinkt behoorlijk!

Nu moet het gisten, maar dat gaat gelukkig helemaal van zelf. Eventueel kun je wel 100 gram suiker toevoegen om het gisten te versnellen. Dek de emmer af en laat het minimaal twee weken staan. Roer dagelijks maar wees gewaarschuwd, gier stinkt!

Het water wordt steeds donkerder van kleur en gaat schuimen. Hoe warmer het is, hoe sneller het gistingsproces verloopt, en als er geen belletjes meer te zien zijn is de gier klaar voor gebruik. Zeef het plantmateriaal eruit, dit kun je op de composthoop gooien. Bewaar de gier in een afsluitbare fles of emmer tot je het nodig hebt.

Gier is sterk en geconcentreerd en moet je dan ook verdunnen voor je het aan wietplanten kunt geven. Gebruik 1 deel gier op 10 delen water voor grote planten en 1 deel gier op 20 delen water voor jonge wietplanten en zaailingen. Geef de verdunde gier bij de wortels maar sproei het niet op de bladeren.

[Foto’s: Shutterstock]
(advertentie)