(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Het is eindelijk weer voorjaar en misschien jeuken je groene vingers wel om te beginnen. Wacht dan nog heel even met ontkiemen tot je onze voorjaar-kweektips hebt gelezen. We verzamelden er namelijk zeven voor je, om je buitenwietseizoen nét even wat beter te starten. Doe er je voordeel mee!

Het zonnetje schijnt en je hebt toch nog wat zaden en oude potgrond liggen dus kun je net zo goed meteen beginnen. …NOT! Not? Nee, want met zo’n random zaadje oogst je ook maar een random wietje, en bij die oude aarde krijg je waarschijnlijk gratis slakken op de koop toe. En dat afbreekbare potje breekt bovendien veel te langzaam af, zodat je wietplant het waarschijnlijk tot aan de bloeifase in 200 milliliter aarde staat.

Dat kan beter. Veel beter zelfs want je weet nu al hoe het niet moet. Hoe het wel kan dat gaan we nu vertellen. Althans, hoe je je wietplanten een goede start geeft deze zomer. Wat je daarna allemaal doet vertellen we je later nog wel. Eerst helpen we je op weg met tien handige voorjaar-kweektips. Ben je er klaar voor?

Tip #1: kies bewust voor buitenwiet

Als cannabisliefhebber heb je waarschijnlijk nog wel ergens een paar wietzaadjes liggen. Misschien heb je op een beurs een keer een promo zaadje gekregen, of een keer een mooi zaadje uit je zakje wiet gepulkt. Deze zaadjes kunnen uitstekend zijn maar heel zeker kun je daar niet van zijn. En nog afgezien daarvan, is de kans erg klein dat het ook goede buitenwietzaadjes zijn.

Kies dan ook bewust voor een wietsoort om buiten te kweken. De meeste wietzaadjes en -soorten worden namelijk gemaakt om binnen onder een lamp te groeien, en zeker niet buiten in ons koude kikkerlandje. Gelukkig hebben we in Nederland fantastische zadenbanken met wietzaden die daar juist wel voor gemaakt zijn. Je kans op een goede oogst is dan ook vele malen groter met zo’n speciaal voor buiten gemaakte Frisian Dew, Passion #1, Serious 6, of Black Lebanon.

Kies een speciale wietsoort voor buiten!

Tip #2: of ga voor autoflowers

De voor ons klimaat ontwikkelde wietsoorten zijn niet altijd de allerzoetste of meest tropische wietsoorten met het hoogste THC-gehalte. Het zijn immers vooral de meest weerbarstige wietsoorten die het beste tegen wind en regen kunnen. Wil je toch de nieuwste Runtz, Cookies of Biscotti kweken, kies dan de autoflower variant.

Autoflowers gaan altijd vanzelf in bloei, dus je hoeft buiten niet te wachten tot het natte najaar alweer inslaat, met alle toprot gevolgen van dien. Ze zijn er van alle nieuwste soorten en smaken, en je kunt ze dus ook gewoon in Nederland kweken. Ze blijven meestal wat kleiner dan ‘gewone’ wietsoorten maar sommigen kunnen tegenwoordig ook best groot worden.

Autoflowers leven maar een maand of drie, en kun je daardoor al oogsten voordat het toprot-seizoen begint.

Tip #3: zaai autoflowers pas in mei

Wacht met autoflowers wel nog even met zaaien tot na IJsheiligen. Dan is er geen kans meer op nachtvorst maar dat is niet de reden. De reden is dat autoflowers dan de meeste kans hebben op een zonnig leven. De cyclus van zaad tot oogst duurt namelijk zo’n drie maanden, en mei, juni, juli en augustus zijn gemiddeld genomen het zonnigste.

Tip #4: ontkiem extern

Wietzaadjes kun je op veel manieren ontkiemen, en de slechtste en tegelijk meest voor de hand liggende manier is direct in de aarde. De aarde is lastig vochtig genoeg te houden, en je ziet niet wat er onder de grond gebeurt. Kiem daarom liever extern. Dit kan op een schoteltje natte watten, zoals je misschien weleens gehoord hebt, maar beter is de koffiefilter methode.

Daarbij stop je je zaden tussen een nat koffiefilter en dat doe je vervolgens in een plastic diepvrieszak. Deze hang je op in jet donker bij kamertemperatuur, en voor je het weet heb je een perfect ontkiemd wietzaadje. De eerste wortel wordt op deze manier prachtig recht (handig bij het planten) en je kunt het hele proces volgen zonder je zaadje te storen. Lees hier nog veel meer over deze manier van ontkiemen.

Ontkiem extern met een koffiefilter, dat werkt altijd!

Tip #5: laat je plantjes binnen voorgroeien

Laat je wietplantjes de eerste twee weken beschermd voorgroeien. Zeker als je nu al gaat zaaien is het buiten nog te koud en te winderig voor een jong wietplantje op sommige dagen. Beter is het daarom om je jonge wietplantjes binnen even voor te laten groeien. Zet ze buiten als het warm en zonnig is maar haal ze ’s nachts nog even naar binnen als ze klein zijn. Zeker als er koud weer of veel regen voorspeld is. Eén zware regenbui kan een zaailing zo uit d’r kleine potje spoelen!

Tip #6: bescherm zaailingen tegen slakken

Als het veel regent of als je een tuin met veel schaduw hebt, dan heb je waarschijnlijk ook veel slakken. Die kunnen funest zijn voor wietplanten maar vooral voor kleine wietplanten. Een slak kan een jong plantje gemakkelijk in één nacht opeten, en dan is je buitenwiet avontuur ook meteen voorbij.

Bescherm je jonge wietplantjes daarom tegen slakken. Zorg ervoor dat die er niet bij kunnen en maak desnoods een afwerend schrikdraad tegen de slakken, of strooi havervlokken. Het is een pijnlijke dood voor ze maar dan heb je in ieder geval je wietplantjes nog…

Zorg dat slakken niet bij je zaailingen kunnen. Voor je het weet zijn ze opgegeten!

Tip #7: bescherm wietplanten tegen regen en droogte

Als je net ontkiemde wietplantjes hebt, dan moet je ook nog even oppassen voor regen. Een hoosbui kan zo’n klein plantje inderdaad zo wegspoelen, en ook stuk maken. De aarde kan door regen ook veel te nat worden, dus je potten kun je het beste afdekken als regen niet meer te voorkomen is.

Maar droogte moet je zeker ook niet onderschatten. Zet een klein voorgroeipotje een dag in de brandende zon, en de aarde is aan het einde van de dag gegarandeerd kurkdroog!

Ga je in de vrije natuur guerrilla kweken? Ontkiem je zaadjes dan ook zeker even extern (zie tip #4) en kies een bewolkte week uit liefst met wat motregen op komst, om ze uit te zetten. Laat ze nog even thuis als het net een hittegolf is, want dan is de kans groot dat ze zijn uitgedroogd voordat hun wortel diep genoeg in de grond zit.

Tip #8: verpot!

Verpot sowieso minimaal één keer als je buiten gaat kweken. Een wietplantje grootbrengen is namelijk veel makkelijker in een klein potje, en autoflowers mag je best een keer verpotten. Meteen in een grote pot brengt namelijk allemaal moeilijkheden met zich mee. De waterhuishouding is met name lastig op peil te houden in een grote pot. De grote hoeveelheden aarde nemen namelijk veel te veel water op voor je jonge plantje, waardoor die snel te nat staat en daardoor niet goed groeit.

Verpot minstens één keer; wietplanten zijn veel makkelijker groot te brengen in een klein potje.

Tip #9: plant wat dieper

Zaailingen die niet onder kunstlicht groeien, zijn vaak wat lang en slungelig door een gebrek aan licht. Omdat het licht in het voorjaar op de vensterbank niet toereikend is, strekt het plantje zich uit. Het hoopt hogerop meer licht te krijgen.

Heb je nou ook zo’n lang dun slungelig plantje gekweekt op je vensterbank, zet die bij het verpotten dan gewoon wat dieper in de aarde. Je kunt je plantje zelfs tot aan de twee ronde lobblaadjes ingraven, zonder problemen. Je plantje is dan meteen weer lekker kort en stevig, en de steel verandert onder het aardoppervlak gewoon in een wortel! Mooi he van moeder natuur!

Tip #10: niet meteen in de volle grond

Ben je van plan om een paar van je wietplanten in de volle grond te zetten en lekker groot te laten worden, doe dit dan niet meteen. Wacht tot je plant haar eerste grote pot ontgroeid is, en zet haar pas daarna in de volle grond. Zo kun je je plant eerst nog een tijdje verplaatsen (uit de regen, in de zon, uit de wind, even een nachtje naar binnen et cetera) voor ze op haar definitieve plaats komt.

Ook is de plant in een pot wat beter beschermd tegen slakken en nieuwsgierige buurtbewoners. Verder kun je dan nog besluiten dat een andere plant een betere kandidaat is voor een bepaalde plaats in je tuin.

[Openingsfoto: Shutterstock]
(advertentie)