- Droog je wiet tot perfectie met de 16/60 methode
- Gefjon kweekt Kush van de Barney’s boerderij (#12)
- Millennials kopen meer voorgedraaide joints dan wie dan ook
- Biologisch je eigen wiet kweken? Start hier!
- Dima kweekt Mohammed in de Minigrow One kweekkast (#2)
- Duimen voor stekken & Bubba Diesel met kleine hoofdtoppen
Wat zijn landrassen en waarom sterven deze wietsoorten uit?
Het zijn de lokale cannabissoorten die de ruggengraat vormen van moderne, commercieel gekweekte wietzaden. Helaas worden deze inheemse wietsoorten bedreigd door verlies aan leefgebied, vernietigingsprogramma’s van overheden en invasies van vreemde soorten. Wat kunnen we doen om deze bedreigde wietsoorten voor het nageslacht te behouden?
Over de hele wereld telen mensen cannabis en hennep en in veel gevallen doen ze dat al honderden of zelfs duizenden jaren. Mensen leven in uiteenlopende leefgebieden, waardoor we gewassen nodig hebben die in een groot aantal verschillende omstandigheden kunnen groeien.
Cannabis is een ongelofelijk nuttig gewas voor mensen, wat grotendeels komt door het vermogen van de plant om zich aan een enorme variëteit aan omstandigheden aan te passen, van de kou uit de buurt van de Noordpool tot de uitgedroogde woestijnen en de broeierige tropen.
Eeuwenlang hebben mensen onder verschillende omstandigheden cannabisplanten die het beste bij de plaatselijke omgeving passen, geselecteerd, gecultiveerd en geteeld. In de loop der tijd zijn plaatselijke cannabissoorten ontstaan, met bepaalde eigenschappen, toepassingen en een bepaald cannabinoïdeprofiel.
Wat is een landras?
Landrassen zijn soorten die zich in de loop der tijd aan de plaatselijke omstandigheden hebben aangepast. Daarbij is er geen contact met andere populaties van dezelfde soort. Zo ontstaat door een zekere mate van inteelt doorgaans een reeks unieke eigenschappen.
Dit proces wordt over het algemeen geholpen door wat selectief telen en beheer door mensen, maar in tegenstelling tot cultivars zijn landrassen meestal diverser en veranderlijker in hun expressie van eigenschappen en wordt veel meer overgelaten aan natuurlijke selectie.
Landrassen zijn niet uitsluitend beperkt tot plantensoorten. Over de hele wereld zijn vele verschillende landrassen bij honden, katten, konijnen, varkens, schapen en vee te vinden, net als bij appels, tarwe, mais, rijst en natuurlijk cannabis.
Landrassen kunnen gedurende duizenden jaren zijn ontstaan uit oude geslachten die in afzondering hebben overleefd, maar ze kunnen ook zijn ontstaan uit halfwilde populaties van cultivars die uit een teeltlocatie zijn ontsnapt
Landrassen kunnen gedurende duizenden jaren zijn ontstaan uit oude geslachten die in afzondering hebben overleefd, maar ze kunnen ook zijn ontstaan uit halfwilde populaties van cultivars die uit een teeltlocatie zijn ontsnapt. Bij die laatste route kan in slechts honderd jaar een landras ontstaan.
Eigenschappen die een landras kenmerken
- Specifieke en herkenbare eigenschappen, maar met aanzienlijke variatie tussen individuen
- Aangepast aan plaatselijke omstandigheden, waaronder klimaat, ziekteverwekkers en ongedierte
- Niet voortgekomen uit een officieel teeltprogramma
- Minder grondig verzorgd, geselecteerd en verbeterd dan een cultivar
- Van oudsher afgezonderd van andere populaties
- Afkomstig uit een specifiek geografisch gebied, met een plaatselijke naam en traditionele toepassingsmethodes
- De expressie kan aanzienlijk veranderen wanneer het landras in een nieuwe omgeving wordt geteeld
- Levert meestal relatief consistente, maar ook relatief kleine oogsten vergeleken met cultivars
Voor- en nadelen van gewas-uniformiteit
Landrassen zijn uitermate belangrijk voor programma’s voor gewasteelt over de hele wereld en dit is al eeuwenlang het geval. De moderne landbouw is echter veel te afhankelijk van uniforme gewasvariëteiten. Doordat deze zich over een enorm landbouwareaal uitbreiden, wordt overal ter wereld de biodiversiteit bedreigd.
De voordelen van gewasuniformiteit voor boeren en veredelaars zijn duidelijk: de opbrengsten, het uiterlijk, de smaak en de teeltvereisten zijn bijvoorbeeld consistent. Tot op zekere hoogte verwachten ook klanten een uniform gewas. Zo verwachten de meeste westerse consumenten dat een Gala-appel naar een Gala smaakt en niet naar een Pink Lady.
Gewasuniformiteit brengt echter ook grote nadelen met zich mee, die aanvankelijk vaak verborgen kunnen zijn. Een uitstekend voorbeeld is de Gros Michel-banaan, die wereldwijd de standaardbanaan was voor de huidige standaardbanaan Cavendish.
Bananen worden vermeerderd met stekjes in plaats van met zaden. In de jaren vijftig begonnen grootschalige bananenplantages in heel Latijns-Amerika Gros Michel te gebruiken en werden alle andere cultivars aan de kant gezet. Vergeleken met andere soorten had de Gros Michel een beter uiterlijk en betere smaak en producenten vervingen hun traditionele gewassen snel door deze populairdere en meer waardevolle soort.
Tegenwoordig steunt de bananenindustrie veel te veel op een andere genetisch uniforme cultivar, de Cavendish. Waarschijnlijk is het slechts een kwestie van tijd voor een nieuwe ziekteverwekker (opnieuw) hele plantages vernietigt
Aangezien de planten werden vermeerderd door te klonen, was er bijna geen genetische variatie tussen de verschillende plantages. Toen kreeg een schimmel met de naam Panamaziekte, waartegen de soort Gros Michel niet resistent was, voet aan de grond. In slechts enkele jaren werden hele plantages weggevaagd.
Tegenwoordig steunt de bananenindustrie veel te veel op een andere genetisch uniforme cultivar, de Cavendish. Waarschijnlijk is het slechts een kwestie van tijd voor een nieuwe ziekteverwekker opnieuw hele plantages vernietigt.
Landraspopulaties bieden een buffer tegen ziekte
Cultivars worden heel vaak rechtstreeks vanuit een landras geteeld. Dit proces vormt zelfs de ruggengraat van commerciële cannabisveredeling. Cannabiszaadveredelaars hebben herhaaldelijk uit genenpoelen van cannabislandrassen van over de hele wereld geput en deze gehybridiseerd om unieke cultivars te creëren. Hoe meer moeite er wordt gedaan om meerdere generaties te kruisen en terug te kruisen, des te stabieler en genetisch zuiver de uiteindelijke soort is.
Nogmaals, deze stabiliteit en uniformiteit hebben vele voordelen en dat is ook wat consumenten in deze sector verwachten! De meeste telers prijzen de eigenschappen van een goed gestabiliseerde soort en klagen over de onbetrouwbare variatie die voorkomt bij een slecht gestabiliseerde soort.
Wanneer een ziekte opduikt, betekent een gevarieerde genenpoel dat er een grotere kans is dat in de populatie individuen voorkomen met resistente genen. Als alle individuen identiek en vatbaar voor een bepaalde ziekteverwekker zijn, lopen alle individuen in de populatie evenveel gevaar. Aangezien cannabis vaak wordt vermeerderd door te klonen, is dit een echte zorg voor telers overal ter wereld. Omdat er echter letterlijk duizenden cultivars zijn, zijn we ver verwijderd van de uniformiteit van de bananenindustrie.
Waarom we landrassen moeten behouden
De enorme variatie aan wietsoorten is dus van groot belang en moet zo goed mogelijk behouden worden. Door deze variatie konden veredelaars cultivars ontwikkelen met een breed scala aan nuttige eigenschappen. Telers in natte gebieden kunnen bijvoorbeeld een soort kiezen die goed is aangepast om schimmel te weerstaan, mensen op een zeer warme plek kunnen een soort kiezen die tegen hoge temperaturen kan, enzovoorts.
De enorme variatie aan wietsoorten is van groot belang en moet zo goed mogelijk behouden worden
Aangezien al deze nuttige eigenschappen in commerciële cultivars uiteindelijk van landrasvoorouders afkomstig zijn, is het een heel goed idee om landrasgenenpoelen uit de hele wereld te behouden. Daarmee behouden we niet alleen buffers tegen ziekte, ongedierte, enz., maar misschien gaan we nog variaties en eigenschappen ontdekken die zeer nuttig kunnen zijn om tot een nieuwe cultivar te ontwikkelen voor gebruik in de geneeskunde, het onderzoek en de industrie.
Daarom is het bijna waanzin op het randje van zelfmoord om toe te staan dat onze landbouwgewassen steeds verder worden teruggebracht tot enkele tientallen ‘wereldwijde’ soorten. Bij cannabis ziet het er niet naar uit dat dit waarschijnlijk of binnenkort gaat gebeuren: we hebben duizenden soorten en er is praktisch geen grootschalige monocultuur van cannabis vergelijkbaar met die van graan, tarwe, katoen enz. Niettemin lijken cannabislandrassen in een verontrustend tempo uit hun natuurlijke omgeving te verdwijnen.
Waar heeft cannabis zich tot een landras ontwikkeld?
Overal waar de mens tijdens zijn duizenden jaren lange diaspora op de wereld ook maar gegaan is, is cannabis gevolgd. Het cannabisgenus is nu op elk continent aanwezig, behalve op Antarctica. Overal waar het heen is gegaan, heeft het landrassen gevestigd.
Het cannabisgenus lijkt te profiteren van een grote fenotypische plasticiteit, de eigenschap dat een soort of genus veel mogelijke variatie vertoont. Bovendien heeft cannabis verschillende duidelijke voordelen voor de mensheid en is het een gewas geweest dat in de duizenden jaren van de geschreven geschiedenis van aantoonbaar belang was voor verschillende wereldculturen. Op deze manier kan cannabis relatief gemakkelijk en snel nieuwe variëteiten vormen als reactie op de invloed van de menselijke en het milieu.
Cannabis heeft zich met succes aangepast aan leefomgevingen in Afrika, Europa en Noord- en Zuid-Amerika en daarnaast tientallen verschillende en unieke populaties gevestigd in Azië, het continent waar de plant vandaan komt
Cannabis heeft zich met succes aangepast aan leefomgevingen in Afrika, Europa en Noord- en Zuid-Amerika en daarnaast tientallen verschillende en unieke populaties gevestigd in Azië, het continent waar de plant vandaan komt. Bekende landrassen uit Afrika zijn onder andere Malawi Gold, Durban Poison en Swazi Gold. Minder bekende soorten komen uit Kenia, Tanzania, Congo en Mozambique.
Latijns-Amerika heeft verschillende landrassen die van essentieel belang zijn geweest voor de commerciële teelt. Drie opvallende soorten zijn Panama Red, Acapulco Gold en Oaxacan. De eerste twee zijn in hedendaagse cannabiskringen echter nagenoeg onbekend.
In Europa zijn de meeste cannabislandrassen vezel- en zaadsoorten in plaats van soorten met een hoog gehalte cannabinoïden. Omdat Europa grotendeels een koel gematigd klimaat met koude winters en milde zomers heeft, worden er minder cannabinoïden geproduceerd dan in het subtropische en tropische klimaat. Naar het schijnt bestaan er echter wel enkele bedwelmende landrassen, zoals de Kalamata uit de Peloponnesos in het zuiden van Griekenland.
Waar komen bedreigingen voor landrassen vandaan?
De grootste bedreigingen voor de cannabislandraspopulaties wereldwijd lijken de introductie van vreemde genetica, vernietigingsprogramma’s door de overheid en verlies van leefgebied in het algemeen te zijn. Op het moment is er geen goed bewijs dat cannabislandrassen worden bedreigd door klimaatverandering, maar dit kan in de toekomst een ander punt van zorg worden.
Er bestaat weinig onderzoek dat specifiek naar de kwestie van verlies van cannabislandrassen kijkt. Er is echter wel sterk bewijs voor verlies van biodiversiteit in het dieren- en plantenrijk in het algemeen, dat is opgetreden als gevolg van menselijke activiteit. Bovendien bestaat er overvloedig anekdotisch bewijs van bewoners in traditionele leefgebieden van landrassen, dat erop wijst dat plaatselijke typen achteruit zijn gegaan door de introductie van vreemde soorten.
In de VS en Australië blijft de federale overheid jaarlijks vernietigingsprogramma’s uitvoeren, ondanks dat er uit vele hoeken steeds meer tegenstand tegen deze praktijken ontstaat
Intussen zijn ondanks de wereldwijde trend naar cannabislegalisering de vernietigingsprogramma’s niet opgehouden. In de VS en Australië blijft de federale overheid jaarlijks vernietigingsprogramma’s uitvoeren, ondanks dat er uit vele hoeken steeds meer tegenstand tegen deze praktijken ontstaat.
In Zuid-Afrika zijn de aanzienlijke illegale cannabisvelden doelwit van sproeiprogramma’s door de overheid, waarbij plaatselijke inwoners soms gewond raken. Te midden van de huidige ontwikkelingen rondom voormalig president Yahya Jammeh van Gambia richt het Senegalese leger zich op gewassen waarvan wordt verondersteld dat ze een inkomstenbron zijn voor de aan Jammeh loyale rebellen in het conflictgebied Casamance.
In Kazachstan weten overheidsbeambten nog steeds niet of ze hun enorme natuurlijke cannabisbronnen ten goede van de economie willen gebruiken, of dat ze moeten doorgaan met vernietigingsprogramma’s die in wezen een achterhaald overblijfsel uit het Sovjettijdperk zijn. Kazachstan heeft de grootste oppervlakte met in het wild groeiende cannabis ter wereld en is mogelijk zelfs de evolutionaire thuisbasis van het cannabisgenus. Als deze kostbare natuurlijke genenpoel verloren gaat, zou dat een dramatisch verlies zijn voor zowel het Kazachstaanse ecosysteem als voor de mensheid in het algemeen.
Gelukkig lijkt men al een aantal jaar geen vernietigingen meer te hebben uitgevoerd. Bovendien bleek het zelfs in de jaren dat vernietiging hoogtij vierde, onmogelijk voor de overheid om het hardnekkige gewas uit te roeien.
Wat kunnen we eraan doen?
Inspanningen voor behoud van traditionele landrassen (niet specifiek cannabis) zijn aan de gang, zoals door organisaties als Biodiversity International en het Britse National Institute of Agricultural Botany. Daarnaast bieden zaadbanken als het Svalbard Institute een cruciale manier om zaadsoorten te bewaren voor het geval deze in de toekomst nodig zijn. Er bestaan bovendien zelfs enkele organisaties die zijn gewijd aan het behoud van cannabissoorten, zoals het Vavilov Institute uit Rusland. Als laatste hebben sommige cannabisveredelaars en -telers uitgebreide collecties van landrasgenetica bijgehouden. Hierdoor kunnen bepaalde soorten zelfs worden behouden wanneer ze in het wild worden bedreigd.
Het is verstandig om vreemde soorten, en met name commerciële hybriden, niet mee te nemen naar regio’s met historische landrassen. Het behoud en onderhoud van landrassen hangt in hoge mate af van hun afzondering van andere populaties van dezelfde soort
Het is verstandig om vreemde soorten, en met name commerciële hybriden, niet mee te nemen naar regio’s met historische landrassen. Het behoud en onderhoud van landrassen hangt in hoge mate af van hun afzondering van andere populaties van dezelfde soort. Hoewel op de korte termijn de voordelen van het invoeren van uniforme cultivars met hoge opbrengst aanlokkelijk kunnen zijn, kan de langetermijnschade aan het ecosysteem en de biodiversiteit deze voordelen geheel tenietdoen.