Topstories

(advertentie)

Tientallen jaren van war on drugs zorgden er ook voor dat wetenschappelijk onderzoek naar en met cannabis in een soort van verdomhoekje zat. Er gebeurde weinig en dat wat er gebeurde had bijna altijd een negatieve insteek. Gelukkig is dat sinds een jaar of tien wel veranderd, maar er kleeft nog steeds één groot nadeel aan de research die plaatsvindt: de cannabis waarmee wetenschappers in de VS moeten werken lijkt genetisch meer op hennep dan op wiet!

Staatswiet voor wetenschappelijk onderzoek

Is dat voor ons hier van belang dat er in de VS met beroerde “wiet” gewerkt moet worden door onderzoekers? Nou toch wel ja, aangezien de overgrote meerderheid van de wetenschappelijke studies daar plaatsvindt. In Nederland bijvoorbeeld is het aantal studies met wiet op de vingers van een hand te tellen. En dus zijn we min of meer afhankelijk van de Amerikanen, al verandert dat gelukkig ook wel enigszins sinds de medicinale cannabisrevolutie zo’n tien jaar geleden losbarstte en er ook in landen als Israël en Australië zinnig werk wordt gedaan.

Vervelender is eigenlijk dat we met terugwerkende kracht best wat vraagtekens kunnen plaatsen bij wetenschappelijke cannabis studies uit het verleden in de VS. En dat heeft dus alles te maken met de kwaliteit – of beter gezegd het ontbreken daarvan – van de onderzoekswiet daarginds.

Cannabis die in opdracht van de federale overheid via het National Institute on Drug Abuse (NIDA) wordt geteeld aan – tot op de dag van vandaag – één locatie: de universiteit van Mississippi. Wiet die ook nog eens goedgekeurd moet worden door de DEA voordat ie in handen van onderzoekers terecht komt.

Wereld van verschil tussen echte wiet en onderzoekswiet

Het onderzoek dat de beroerde stand van zaken aan de kaak stelt, is eind september onder de titel ‘Comparative Genetic Structure of Cannabis sativa Including Federally Produced, Wild Collected, and Cultivated Samples‘ gepubliceerd in het vaktijdschrift Frontiers in Plant Science.

Het komt er op neer dat de overheid wiet kweekt die niet heel representatief is voor wat mensen kopen op de legale markt (en wellicht ook op de illegale markt). En dat roept dus twijfels op over de validiteit van research met cannabis uit die ene overheidsbron.

Laten we maar gelijk met het ergste beginnen: uit bovengenoemd Frontiers-onderzoek blijkt dat dat de ‘Mississippi-wiet’ waarmee wetenschappers verplicht moeten werken ‘genetisch verschilt van wat mensen kopen in winkels in staten waar de plant legaal is voor medicinale of recreatieve redenen’.

Hennep, cannabis en staatswiet

De onderzoekers analyseerden de samenstelling van wilde hennep, gecultiveerde hennep (wat wij hier ook wel industriële vezelhennep noemen), de ‘research-grade’ cannabis van de overheid (de Mississippi-wiet dus) en diverse variëteiten van commercieel verkrijgbare THC-rijke wiet. In totaal werden 49 samples ontleed aan de University of Northern Colorado.

Geheel in lijn met de resultaten van een eerder onderzoek met betrekking tot dit onderwerp, laat ook deze analyse zien dat de cannabis van de Mississippi-kwekerij die teelt met een NIDA-licentie meer genetische gelijkenis vertoont met wilde hennep dan met wiet die in de Amerikaanse dispensaries wordt verkocht.

Oproep om ‘representatieve wiet’ te gebruiken voor studies

“Onze resultaten laten duidelijk zien dat NIDA-cannabis samples genetisch substantieel verschillen van de meeste commercieel verkrijgbare strains, en meer genetische affiniteit delen met hennep samples in meerdere analyses”, schrijven de auteurs van de nieuwe studie.

“Wij claimen niet dat NIDA hennep aanlevert voor cannabisonderzoek”, vervolgen de onderzoekers. “Eerder zijn we ervan overtuigd dat onze analyses aantonen dat de research grade marijuana die door NIDA wordt aangeleverd genetisch verschillend is van de winkelwiet-samples die in deze studie zijn geanalyseerd.”

De onderzoekers concluderen op basis van de oudere studie (die naar chemotype/chemovar keek) en hun eigen genetische onderzoek dat de staatswiet niet overeenkomt met wat er voor consumenten beschikbaar is. Ze adviseren de NIH (National Institutes of Health) en NIDA om ‘hun steun uit te spreken voor de teelt van cannabis die representatief is met dat wat medicinale en recreatieve consumenten gebruiken’.

Tijden veranderen, zelfs bij de DEA

Het zal inderdaad eens tijd worden dat we ook die laatste kwalijke restanten van de war on drugs achter ons laten. Gelukkig heeft de DEA in de VS inmiddels officieel aangekondigd dat er meerdere wiettelers zullen worden ingeschakeld om de wetenschappers van onderzoekscannabis te voorzien.

Maar het bestaande monopolie op federaal goedgekeurde wiet blijft daarmee nog steeds bestaan, en dat blijft dus ook een reden voor bezorgdheid. Waarbij de resultaten uit het verleden bepaald geen garantie voor toekomstig succes zijn ook.

Vandaar dat zelfs NIDA inmiddels de breed klinkende oproep – inclusief reeds ingediende wetsvoorstellen met die strekking in het Huis van Afgevaardigden – steunt dat wetenschappers ook hun wiet zouden mogen kopen in… legale coffeeshops!

[openingsbeeld:  Quality Stock Arts/Shutterstock]

(advertentie)