- Gefjon kweekt Kush van de Barney’s boerderij (#12)
- Millennials kopen meer voorgedraaide joints dan wie dan ook
- Biologisch je eigen wiet kweken? Start hier!
- Dima kweekt Mohammed in de Minigrow One kweekkast (#2)
- Duimen voor stekken & Bubba Diesel met kleine hoofdtoppen
- Debunk • Opgebouwde THC-tolerantie geen bewijs dat wiet verslavend is
Wietbelasting Canada valt tegen; les voor Nederland
Voor het tweede (fiscale) jaar op rij blijft de belastingopbrengst uit legale cannabisverkoop in Canada flink achter bij de door de overheid gestelde verwachting. Aangezien Canada een voorlopersrol vervult in de wereld, kunnen andere landen dus waardevolle lessen leren van de fouten die aan de andere kant van de oceaan nu worden gemaakt.
Minder cannabis-poen in Canadese schatkist dan verwacht
‘Cannabis taxes not bringing the cash government expected‘, kopt de krant National Post afgelopen zondag over de tegenvallende wietcijfers voor de Canadese schatkist. De regering had voor het fiscale jaar 2019-2020 gerekend op 100 miljoen dollar, maar die schatting is nu naar beneden bijgesteld tot 66 miljoen. Een derde minder dan gedacht!
Het is bovendien het tweede jaar op rij dat er minder cannabis-poen de schatkist in vloeit dan gehoopt. In het fiscale jaar 2018-2019, dus toen Canada net bezig was met de legalisering van recreatieve wiet (vanaf 17 oktober 2018), kwam er 18 miljoen dollar binnen in plaats van de ingeschatte 35 miljoen. Het tekort is dus structureel zou je kunnen zeggen.
Slechte uitrol en te veel overheidsbemoeienis
‘De gemaakte fouten bieden enkele waardevolle lessen voor andere regeringen die hopen dat legalisering hun begroting evenwichtiger kan maken’, schrijft de Amerikaanse business website Reason. Woorden die een hoop Europese overheden zich dus ook maar in de oren moeten knopen. Maar wat zijn nu de fouten die Canada maakt?
De belangrijkste problemen zijn een slechte marktintroductie en de top-down controle. De federale overheid én de provincies in Canada houden vast aan een strikte controle over vergunningen en ze hebben het monopolie op het bevoorradingsproces. Toen het systeem gelanceerd werd had Canada zowel te weinig wiet om te verkopen als te weinig fysieke winkels waar wiet werd verkocht.
Het proces om een licentie te krijgen voor een winkel verliep in diverse provincies traag en overheden waren niet in staat om aan de vraag te voldoen. ‘Degenen die geen toegang hadden tot lokale verkopers moesten zich wenden tot de enige (overheids)website die wiet verkocht en vervolgens wachten op bezorging’, stelt Reason in zijn analyse.
Meer winkels = meer wietverkoop = meer belastingopbrengst
Uiteraard leert ook Canada zelf – langzaamaan – lessen van de niet geheel vlekkeloze overgang van illegale naar legale cannabismarkt. Zo is het geprojecteerde inkomstengat dit jaar procentueel al kleiner geworden dan afgelopen jaar, deels omdat provincies minder streng worden en toestaan dat er meer fysieke wietwinkels open gaan.
Uit interne overheidsstatistieken blijkt namelijk dat de consumentenverkoop flink stijgt wanneer mensen makkelijker toegang hebben tot winkels. Dat lijkt een voor de hand liggende les, maar in ieder geval pikt Canada deze nu wel op!
Te hoge wietbelasting speelt zwarte markt in de kaart
Iets anders dat Canada geleerd heeft sinds de legalisering, is om niet te veel belasting te heffen. Dat doen Amerikaanse staten als Washington en met name Californië wél en daar kampen ze dus door hoge legale wietprijzen nog steeds met een dominante zwarte cannabismarkt.
Volgens Statistics Canada hebben illegale dealers hun prijzen in Canada laten zakken om te kunnen blijven concurreren met de legale winkels. En grammetje legale wiet kost er nu ongeveer 10 Canadese dollar ofwel 6,80 euro. Een stuk minder dan de soms wel 16 euro per gram die consumenten in Los Angeles en San Francisco betalen – met dank aan lokale en staatsbelastingen – voor 1 gram legale wiet…
‘De gemiste opbrengstdoelen in Canada en Californië moeten dienen als lessen voor andere wetgevers die legalisering overwegen’, concludeert Reason dan ook. ‘Wanneer overheden uitsluitend naar nieuwe markten kijken met de gedachte hoeveel geld ze eruit kunnen wringen, kan dat wel eens eindigen met veel minder dan gedacht. Consumenten zullen zich blijven wenden tot goedkopere alternatieven – legaal of niet.’