Topstories

(advertentie)

Mits je hem niet gekregen hebt kijk je een paard in de bek om te zien of die een beetje gezond is. Bij mensen kun je het zien aan hun gezonde appelwangetjes, maar wat zijn tekens aan de wand die bij wietplanten duiden op een blakende gezondheid?

Vaak concentreren we onze aandacht bij het kweken op het signaleren van problemen en het oplossen daarvan, maar hoe herken je nou een supergezonde wietplant? Hoe weet je met andere woorden dat je lekker bezig bent? Veel kwekers denken dat de groei een belangrijke indicator is voor een gezond wietplantje, maar dat kan juist duiden op een gebrek aan licht. Wanneer je een van de volgende kenmerken aan je wietplant ziet, klop jezelf dan maar op de borst, want dan heeft ze het naar haar zin.

1. Bladvingers

Het aantal bladvingers kan erop wijzen dat je een gezond en vitaal plantje hebt. Wanneer je een zaadje hebt gezaaid, zullen de internodes (vertakkingen) vanaf het begin steeds wat meer bladvingers laten zien. Je doet het goed wanneer de vertakkingen na de eerste ronde lobblaadjes zich als volgt ontwikkelen. De eerste node heeft gekartelde bladeren met drie bladvingers, de volgende bladeren hebben 5 bladvingers, dan 7 of 6, vervolgens 9 of 8 en daarna groeien er schutbladeren met 9, 10, 11 of zelfs 12 bladvingers. Hoe meer bladvingers je wietplant toont, hoe gezonder ze over het algemeen is.

Het aantal bladvingers geeft geen garanties maar is wel een teken dat je op de goede weg zit. Iedere nieuwe set bladeren zou in het begin meer bladvingers moeten laten zien dan de vorige. Sommige wietsoorten zullen echter nooit meer dan 7 bladvingers laten zien, maar dat is dan te wijten aan de genetische aanleg van de soort, let dus ook op de andere tekens van gezondheid.

2. Groeiende zijscheuten

Wanneer ieder nieuw schutblad in haar oksel een nieuw zijtakje heeft dat tijdens de groeifase door blijft groeien ben je ook lekker bezig. Let vooral op de onderste zijscheuten, als ook daar de groei lekker doorzet is dat een belangrijk teken dat je wietplant het goed doet en niets tekort komt.

3. Frisse lobblaadjes

De eerste blaadjes van je zaailing zijn rond en niet gekarteld. Dit zijn de zogenaamde lobblaadjes en deze zaten al aan het kiempje toen dat nog in het zaadje zat. Ze zijn bedoeld om de eerste energie te leveren tot de eerste gekartelde bladeren ontstaan zijn. Als de jonge wietplant om een of andere reden iets tekort komt, dan kan ze tijdelijk teren op de stoffen uit deze lobblaadjes. Deze zullen dan snel vergelen. Blijven de lobblaadjes echter mooi groen en fris, dan is dat een goede indicatie van gezondheid want dan heeft je plant de noodvoeding niet nodig gehad.

4. Schilfers op de stam

De stam van een jonge wietplant zal snel dikker worden wanneer de plant het goed doet. Omdat de bast ervan niet erg rekbaar is, zullen er schilfers op de stam ontstaan. Een beetje zoals het vervellen van een slang. Zie je deze oude huidschilfers op de stam van je wietplant, dan weet je dat ze lekker snel groeit en het prima naar haar zin heeft.

5. Voorbloei

Wanneer je wietplant alvast haar geslacht laat zien voordat de echte bloeifase is aangebroken, is dat ook een goed teken. Sommige wietplanten laten helemaal geen voorbloei zien, en soms worden wietplanten al in de bloei gezet voordat ze de kans hebben gehad om voorbloei te laten zien. Als je dus geen voorbloei ziet, hoef je je niet per se zorgen te maken, maar zie je het wel dan is dat een goed teken. De voorbloei van een vrouwelijke wietplant bestaat uit een kleine calyx (druppelvormig zaadzakje) en twee bloeihaartjes in de oksels van de vertakkingen. Voorbloei ontstaat doorgaans nooit voor de vierde week van de groeifase.

6. Bladeren van zijtakken

De schutbladeren die aan de zijtakken groeien zijn meestal kleiner dan die van de hoofdstam. Maar wanneer ook de schutbladeren van de zijtakken 7 bladvingers laten zien, dan doe je zeker iets goed.

[Openingsfoto: OpenRangeStock, Shutterstock]

(advertentie)