(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Na de groei komt de bloei, zo ook bij wietplanten. In het vijfde deel van deze kweekcursus voor de beginnende en nog niet heel ervaren wietkweker komt de bloeiperiode aan bod. En die vereist weer een andere aanpak van de plant dan de voorbije groeifase.

Laatste groeistuip

b-1Voordat de plant echt de bloeifase inschiet, kan er bij sommige soorten nog sprake zijn van een groeispurt. De mate waarin een wietplant zal strekken in de overgang van groei naar bloei hangt heel sterk af van de soort. Sommige soorten worden wel twee keer zo groot en andere soorten zullen bijna helemaal niet strekken. Over het algemeen strekken sativa’s een stuk meer dan indica’s. Maar aangezien de meeste soorten tegenwoordig een kruising tussen beide soorten zijn, kun je beter even te rade gaan bij het zadenbedrijf. De gemiddelde hoogte van de soorten staan meestal aangegeven op de websites. Je kunt de hoogte natuurlijk ook zelf bijsturen, bijvoorbeeld door je planten af te toppen of te supercroppen…

Herfst forceren met minder lichturen

Goed, maar na die eventuele laatste groeistuiptrekking is dan echt de bloeifase ingegaan. Die forceren we in de binnenkweekruimte door het aantal lichturen terug te schroeven – meestal naar 12 uur licht en 12 uur donker per etmaal – zodat de plant denkt dat de herfst is ingetreden. Buiten gaat de natuur uiteraard zijn goddelijke gang, maar zelfs daar kan je de (eerdere) bloei afdwingen door je planten bijvoorbeeld begin augustus een aantal dagen te verduisteren… Dit heeft alles te maken met bloeihormonen. In de natuur worden de nachten geleidelijk aan steeds langer en de dagen korter. Je moet weten dat wietplanten ‘s nachts hun bloeihormonen aanmaken en als die nachten maar lang genoeg duren heeft de plant op een gegeven moment genoeg van deze bloeihormonen aangemaakt en zal de bloeifase beginnen.

Andere voedingsbehoefte

b-2Terug naar binnen, want daar gaat onze korte zomercursus vooral over. Nadat we in de groeifase voeding hebben toegediend met meer stikstof, schakelen we in deze fase over op speciale bloeivoeding. Deze voeding heeft een andere verhouding en bevat minder stikstof, maar in verhouding meer fosfor en kalium.

In de laatste 4 weken van de bloeifase verandert er weer iets aan de voedingsbehoefte van jouw wietplant. In deze fase zullen de toppen naar verhouding namelijk flink in volume toenemen. De toppen harden af en worden dikker en harder. Zolang de plant niet bevrucht is maakt ze meer en meer bloemen (toppen) aan, in de hoop dat een van die toppen wat stuifmeel zal opvangen. Plantenvoeding bestaat natuurlijk niet alleen uit stikstof, fosfor en kalium. Voor een uitbundige bloei en afharding zijn er meer elementen en een juiste verhouding van stoffen nodig.

Speciale bloeivoeding

Gelukkig is er tegenwoordig een scala aan speciale bloeiproducten te koop bij de gespecialiseerde tuinzaken 😉 Het zal je versteld doen staan wat een speciale voeding voor de afrijpfase voor je planten kan doen.

Volgende keer in de Zomercursus Kweken: Afrijpen

(advertentie)